Weduwen- en wezenbeurs van de bakkers etc.
Gegegevens |
|||||
---|---|---|---|---|---|
Naam | Weduwen- en wezenbeurs van de bakkers etc. | ||||
Plaats | Zierikzee | ||||
Provincie | Zeeland | ||||
Aard | gilde | ||||
Verzekering op het leven | weduwen- en wezenfonds | ||||
Datum | 1751-1833 | ||||
Jaar van oprichting | 1751 | ||||
Jaar van opheffing | 1833 | ||||
Bestaansduur | > 50 jaar | ||||
Weduwegeld | ja | ||||
Leden |
|
||||
Tekst | Weduwen- en wezenbeurs van de bakkers etc. 1751- en 1805-1811 en 1822-1833 Reglement 1751; bij de opheffing van de gilden waren de meeste leden opgestapt; 19 bleven op vrijwillige basis lid; werd in 1805 weer volgens de oude regels ingericht, dus verplicht. Bij de inlijving verklaarden de leden zich niet langer tot het contract verplicht te voelen. Het kapitaal bleef echter in stand. Dit bedroeg 21 á 2200 ponden Vlaams in Zeeuwse obligaties en leverde ƒ330-340 op. Als gevolg van de tiërcering bedraagt het in 1830 nog ƒ4600 NWS en ƒ9200 uitgestelde schuld. Op verzoek van de weduwen en enkele leden werd het fonds in 1822 weer hersteld, maar slechts 5 mensen werden lid. In 1830 nog 1 betalend lid en 6 trekkende weduwen, onder wie het inkomen uit bezit wordt verdeeld. Verzoeken in ieder geval nog zonder wijziging te kunnen doorgaan. Aangemeld ivm KB 1830; kon niet voldoen aan de voorwaarden en werd in 1833 opgeheven. Het fonds kwam niet voor bij de opgaven tbv het Armverslag. Bronnen: S. 178; NA, Armwezen 1813-1832, inv. 1606, 22 febr. 1830, 22A; inv. 1893, 2 dec. 1830, 21H; NA, Armwezen 1832-1878, inv. 50, 3 april 1833, 107; 51, 11 april 1833, 54. |