© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Marloes Huiskamp, Bletz, Constance Henriette Arendina, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Bletz [10/11/2022]
Bletz, Constance Henriette Arendina (geb. Weesp 26-5-1898 – gest. Amsterdam 17-8-1947), eerste vrouwelijke notaris van Nederland. Dochter van Herman Bletz (1863-1941), bouwkundige, en Constance Henriette Koopman (1870-1948). Conny Bletz bleef ongehuwd.
Constance
(Conny) Bletz was de dochter van de evangelisch-lutherse bouwkundige Herman
Bletz en de Waals hervormde kunstenaarsdochter Constance Henriette Koopman. Ze had
een vijf jaar jonger zusje Louise. Conny ging in Weesp naar de 'klompenschool’,
maar reisde daarna met haar nichtje Beppie Bletz dagelijks op en neer naar de
hbs in Zaandam. In 1916 deed ze eindexamen.
Studie, werk en vrouwenorganisaties
Na de hbs leek voor Conny Bletz het halen van een onderwijzersdiploma, bij ‘gebrek aan meer uitgesproken wenschen’, een praktische oplossing (De Nederlandsche Soroptimist 1938, nr. 12, 3). In 1918 slaagde ze voor de lo-examens Nuttige Handwerken, Onderwijzeres en Vrije- en Orde oefeningen. Enkele jaren werkte ze op een schooltje in Weesperkarspel, maar ze vond geen voldoening in het onderwijzerschap en greep daarom de kans aan in Amsterdam te gaan werken op het notariskantoor van Ary van Riel, een oom van nicht Beppie. Tegelijkertijd ging ze notariaat studeren. Begin 1921 verhuisden haar ouders en zus naar Den Haag en ging Bletz in Amsterdam op kamers. Na het behalen van het derde deel van het notariaatsexamen, in 1927, werd ze kandidaat-notaris bij Van Riel. Toen haar ouders in 1928 in Amsterdam kwamen wonen trok Bletz weer bij hen in, eerst aan de Noorder Amstellaan (nr. 190) (de huidige Churchilllaan), en in 1935 aan Amstelkade (nr. 1).
In 1934 werd Conny Bletz lid van de Soroptimistclub Amsterdam. Ze trad al snel toe tot het bestuur en werd in 1936 secretaris-penningmeester van de Europeesche Federatie. In die functie ging ze in 1937 met presidente Clara Meijers naar een bijeenkomst in Parijs en in 1938 naar het internationale Soroptimisten-congres in Atlantic City (VS). Een aantal mede-soroptimisten wuifde haar uit op het Centraal Station – ze vertrok ‘beladen met lekkernijen en getooid met een bloem’ (M.K. 1938, 7). Na terugkeer deed ze bij verschillende plaatselijke clubs enthousiast verslag van haar reis.
Eveneens in 1938 nam Bletz zitting in het eerste bestuur van het Korps Vrouwelijke Vrijwilligers, dat vrouwen wilde voorbereiden op een eventuele oorlog. Een jaar later werd ze lid van de Nederlandsche Vrouwenclub – in 1946 kwam ze ook daar in het bestuur – en van de Nederlandsche Vereeniging voor Vrouwenbelangen en Gelijk Staatsburgerschap (NVVGS).
Eerste vrouwelijk notaris
Na twintig jaar te hebben gewerkt als kandidaat-notaris en het ambt sinds 1946 ook enige tijd te hebben waargenomen, werd Conny Bletz op 7 februari 1947 als eerste vrouw in Nederland benoemd tot notaris. Alle kranten maakten melding van dit historische feit. Bletz bleef op het kantoor van Van Riel werkzaam. Een van haar eerste daden als notaris was het passeren van de stichtingsakte van de tentoonstelling ‘De Nederlandse vrouw 1898-1948’ (Den Haag 1948). Wegens ziekte kon Conny Bletz haar nieuwe ambt slechts enkele weken uitoefenen. Zij stierf op 17 augustus, 49 jaar oud, aan de gevolgen van kanker. Bij haar begrafenis, drie dagen later op Zorgvlied, spraken vertegenwoordigers van onder andere het KVV, de Soroptimisten en de Ring van Notarissen.
Betekenis
Zelf zag Conny Bletz haar benoeming tot notaris als ‘een nieuwe mijlpaal op de weg der vrouwenemancipatie’ (Arnhemsche Courant, 11-2-1947) en volgens historica Jane de Iongh gaf deze benoeming ‘grote voldoening aan allen, die de ontwikkeling van de maatschappelijke positie der vrouw in ons land met belangstelling’ volgden (J.d.I. 1947). De NVVGS gebruikte Bletz’ benoeming om de minister van Justitie ervan te overtuigen dat nu niets de benoeming van een vrouw in de rechterlijke macht nog in weg stond. Eerder had de minister dat nog van de hand gewezen omdat een rechter – net als een notaris – voor het leven benoemd werd en een vrouwelijke rechter dus bij een eventueel huwelijk niet zou kunnen worden ontslagen, zoals de wet bepaalde. Al in november 1947 werd Johanna Hudig Nederlands eerste vrouwelijke rechter.
Publicatie
‘De vrouwelijke notaris’, Vrouwenbelangen 11 (1946) nr. 2, 8.
Literatuur
- M.K., ‘Het congres van de Europeesche Federatie. 4-8 juni 1938’, De Nederlandsche Soroptimist (1938) nr. 8, 5-7.
- ‘Soroptimistclub Amsterdam’, De Nederlandsche Soroptimist (1938) nr. 12, 3-4.
- ‘Notarisambt voor vrouw geopend’, De Tijd, 12-2-1947.
- ‘De vrouw 1898-1948’, Bredasche Courant, 29-3-1947.
- J. Zeelenberg en H.D. Everts-Goddard, 'Request aan den Minister van Justitie’, Vrouwenbelangen 12 (1947) nr. 3, 23.
- J.d.I. (Jane de Iongh), ‘Constance H.A. Bletz overleden’, Algemeen Dagblad, 18-8-1947.
- M.E. Blok, ‘Conny Bletz + 16 augustus 1947’, De Nederlandse Soroptimist 1 (1947) nr. 10 (september).
- ‘Constance H.A. Bletz’, Vrouwenbelangen 12 (1947) nr. 9, 67.
- Martijn Rip, ‘Vrouwen vechten voor hun plek in het notariaat’, Notariaat Magazine 18 (2018) 37.
Illustratie
Studioportret van atelier J. Merkelbach, 1922 (Beeldbank Stadsarchief Amsterdam).
Auteur: Marloes Huiskamp
laatst gewijzigd: 10/11/2022
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.