Vuyk, Margueritha (1913-1989)

 
English | Nederlands

VUYK, Margueritha (geb. Londen 23-6-1913 – gest. Amsterdam 20-4-1989), eerste vrouwelijke hoogleraar psychologie van Nederland. Dochter van Pieter Vuyk (1878-1933), bankdirecteur, en Jadwiga Rosenblatt (1886-1950), kunsthistorica. Rita Vuyk bleef ongehuwd.

Margueritha (Rita) Vuyk werd geboren in Londen. Ze groeide op als enig kind, eerst in Zandvoort en later in Baarn, naar eigen zeggen ‘in moeilijke gezinsomstandigheden’ (zie de titel van haar boek uit 1986). Beide ouders waren vaak afwezig: haar vader werkte in Amsterdam als directeur van de Nederlandse Bank voor Zuid-Afrika en was veel op reis. Haar moeder, een Joodse vrouw uit Polen, studeerde kunstgeschiedenis in Utrecht en had rond 1925 een relatie met Anton Mussert, toen nog ingenieur bij Rijkswaterstaat. Toen Rita twee jaar op het Baarnsch Lyceum had gezeten, verhuisde het gezin naar de De Lairessestraat in Amsterdam-Zuid (1927) en kwam ze op het Amsterdams Lyceum, waar ze uitstekende rapportcijfers haalde. Wel klaagden de leraren in het begin over haar gedrag in de klas: ze kletste te veel en hield haar klasgenoten van het werk. In 1930 scheidden haar ouders en hertrouwde haar vader met Henriette Dorothée Bicker. Een jaar later werd haar halfzus Petronella geboren. Haar moeder woonde toen al in Parijs, maar Rita bleef in de De Lairessestraat wonen. Vader Pieter vestigde zich aanvankelijk elders in Amsterdam en stierf enkele jaren later (1933) in Aerdenhout.

Wetenschappelijke loopbaan

In 1935 ging Rita psychologie studeren aan de Universiteit van Amsterdam. Een van de mensen die haar inspireerden was Géza Révész, de eerste hoogleraar psychologie van Nederland. Ook liep ze colleges bij de filosoof Hendrik J. Pos en de criminoloog Willem A. Bonger. In 1938 werkte ze als assistente voor privaatdocent Maria Clara Bos. Zij was toen een van de slechts zeven studenten die psychologie als hoofdvak hadden gekozen. In 1943 werd de opleiding psychologie stopgezet omdat men de loyaliteitsverklaring aan de Duitsers niet wilde ondertekenen. Rita zette haar onderzoek naar het denken van kleuters voort en promoveerde op 18 december 1945 bij Géza Révész op het proefschrift Experimenteel onderzoek over analogievorming en inductie bij vijf- en zesjarige kinderen.

Na haar promotie ging Vuyk weer als assistent werken bij het Psychologisch Laboratorium. Eind 1948 werd ze daar aangesteld als privaatdocent met als leeropdracht ‘Psychologie van het kleine kind’. Een verzoek om lector in de psychodiagnostiek bij kinderen te worden aan de Rijksuniversiteit Groningen, had ze eerder dat jaar nog afgeslagen omdat ze in Amsterdam wilde blijven – in haar plaats werd daar toen haar oud-medestudent Wilhelmina Bladergroen benoemd.

In 1951 werd Rita Vuyk aangesteld als lector in de ontwikkelingspsychologie en psychodiagnostiek aan de Universiteit van Amsterdam. Daarmee volgde ze Maria Clara Bos op. Aanvankelijk richtte Vuyk zich op de uitkomsten van projectietests op jonge leeftijd, maar na een aantal jaren gaf ze toe dat een grondige theoretische onderbouwing van deze benaderingswijze ontbrak. Daarom verlegde ze haar aandacht naar een ander onderwerp: volledige gezinnen met twee kinderen. Dit werd ook het onderwerp van haar inaugurele rede in oktober 1960, bij haar aanstelling tot hoogleraar in de psychologische ontwikkelingsleer.

‘Methode Vuyk’ en Piaget

In 1966 begon Vuyk met een onderzoeksproject dat zich richtte op de inhoud van studielessen in het voortgezet onderwijs. Aanleiding voor haar onderzoek was de invoering van de Mammoetwet. Het nieuwe voortgezet onderwijs (mavo, havo, vwo) zou vanaf 1 augustus 1968 beginnen met een brugklas waarin studielessen werden gegeven, en de rector van het Leeghwaterlyceum in Amsterdam had Vuyk daartoe om advies gevraagd. Ze zou tot haar pensionering werken aan dit project, dat uiteindelijk leidde tot de Methode Vuyk. Ook begeleidde Vuyk binnen dit onderzoeksproject twee promovendi. Het vervolgonderzoek richtte zich op studielessen voor het lbo. Daarbij werd veel aandacht gegeven aan het belang van het leren samenwerken. Haar visie: met samenwerken bereiken leerlingen betere resultaten. Verder deed ze geen eigen onderzoek. Door de grote toestroom van studenten was ze voortdurend bezig met de onderwijsorganisatie van haar vakgebied, de ontwikkelingspsychologie. Na de roerige jaren rond 1970 werd ze decaan en was ze zeer betrokken bij de democratiseringsbeweging. In 1975 moest ze aftreden omdat ze volgens haar collega’s de positie van de protesterende studenten te vaak verdedigde.

Na de beëindiging van haar dienstverband in 1978 verdiepte Vuyk zich in de vele publicaties van en over de Zwitserse psycholoog Jean Piaget tussen 1965-1980. Hij was haar grootste bron van inspiratie voor haar onderzoek naar cognitieve ontwikkeling. Ze had aan het eind van zijn leven regelmatig contact met hem en zijn medewerkers in Zwitserland. Piaget bewonderde Vuyk en beloofde haar het voorwoord van haar boeken over hem te zullen schrijven, maar hij stierf in 1980, het jaar waarin Vuyk haar werk over hem afrondde. Haar Piaget-boeken werden niet alleen in het Engels maar ook in het Spaans gepubliceerd. Voor haar laatste boek verdiepte Vuyk zich enkele jaren in de problematiek van een jeugd onder moeilijke gezinsomstandigheden. Mogelijk heeft ze daarbij ook aan haar eigen jeugd gedacht. Opgroeien onder moeilijke gezinsomstandigheden verscheen in 1986 en was bedoeld om de aandacht van kinderpsychologen, orthopedagogen, kinderpsychiaters en maatschappelijk werkers te richten op kinderen die de doorstane moeilijkheden op eigen kracht overwinnen.

Rita Vuyk stierf op 20 april 1989, op 75-jarige leeftijd. Ze woonde toen al meer dan twintig jaar aan de G. van IJselsteinstraat (nr. 233) in Buitenveldert.

Reputatie

Rita Vuyk was de eerste vrouwelijke hoogleraar in de psychologie van Nederland. Oud-studenten en -collega’s typeerden haar als een eigenzinnige vrouw met eigenaardige trekjes. Ze was een pleitbezorgster van het erkennen van de persoonlijke, unieke eigenschappen van kinderen. Haar oproep aan de sociale hulpverlening om zich ook te richten op de weerbaarheid van kinderen in moeilijke gezinsomstandigheden, is nog steeds actueel. Nationale bekendheid kreeg ze door publicaties over haar methode voor studielessen in brugklassen, met nadruk op de vele positieve effecten van onderlinge samenwerking van leerlingen. Met haar boeken over de theorie van Jean Piaget verwierf ze ook internationale bekendheid. Sinds 2009 organiseert de Universiteit van Amsterdam onder de noemer ‘Rita Vuyk Lezing’ een maandelijkse lezing over een belangrijk onderzoeksproject op het gebied van de ontwikkelingspsychologie, door Nederlandse en internationaal bekende wetenschappers.

Archivalia

Stadsarchief Amsterdam: Het Amsterdams Lyceum, leerlingdosier 9.1/7464.

Publicaties

  • Experimenteel onderzoek over analogievorming en inductie bij vijf- en zesjarige kinderen (Amsterdam 1945).
  • Plaatjes (Leiden 1954).
  • [met Bert Duijker en B.G. Palland], Leerboek der Psychologie (Groningen 1958).
  • Het kind en zijn leeftijdgenoten, Deel A (Groningen 1963).
  • [met Bert Duijker], Leerboek der Psychologie (Groningen 1968).
  • ‘Het levenswerk van Jean Piaget’, De Psycholoog XV, 10 (1980) 555-561.
  • Overview and Critique of Piaget’s Genetic Epistemology, 2 delen (Londen 1981).
  • Opgroeien onder moeilijke gezinsomstandigheden (Amersfoort 1986).

Literatuur

  • Ad Dudink, ‘In Memoriam prof. dr. Rita Vuyk’, De Psycholoog 24 (1989) nr. 5, 262-263.
  • Bernard Wasserstein, Gertrude van Tijn en het lot van de Nederlandse Joden (Amsterdam 2013) 19-20.
  • Vittorio Busato, Leve de psychologie! Honderd jaar psychologische wetenschap aan de UVA (Amsterdam 2008).
  • Ad Dudink, Rita Vuyk (1913-1989). Een weerbare unieke vrouw (te verschijnen in 2016/2017).

Illustratie

Rita Vuyk als tweejarige met Gertrude van Tijn, vriendin van haar vader, 1915 (particuliere collectie).

Auteur: Ad Dudink

laatst gewijzigd: 12/04/2016

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.