eerste brief (binnen zoekresultaat)
vorige brief (binnen zoekresultaat)
volgende brief (binnen zoekresultaat)
laatste brief (binnen zoekresultaat)
Brief 4451
Algemene gegevens | |||
---|---|---|---|
Briefnummer | 4451 | ||
Datum brief |
31-1-1561
|
||
Correspondent |
Aan
Günther van Schwarzburg |
||
Datum brief |
31-1-1561
|
||
Verzendplaats | Breda | ||
Inhoud | Verzoekt te berichten wat de vorsten te Naumburg hebben besproken. Nieuws uit Frankrijk. | ||
Incipit | Dieweill ich die gelegenheit E.L. mit gegenwertigem zuschreiben gehabt, hab ich | ||
Opmerkingen | De eigenhandige minuut heeft de datering, ondertekening en adressering in een andere hand dan die van de prins. Deze hand heeft bovenaan ook genoteerd: 'Ceste lettre est translatee en alleman, cheige A'. De eigenhandige minuut, de minuut en de editie zijn gedateerd op 30 januari, zoals ook Demandt, Nassau-oranische Korrespondenzen, doet; de eigenhandige minuut heeft foutief 1560 als jaar van verzending. De editie Groen van Prinsterer, Archives d’Orange-Nassau in het Frans naar de eigenhandige minuut. De facsimile eveneens naar de eigenhandige minuut. | ||
Brongegevens | |||
Bron | Toegang | Verschijningsvorm | Afbeelding | |
---|---|---|---|---|
Koninklijk Huisarchief Den Haag | A 2, 723 A/I | minuut | ||
Staatsarchiv Rudolstadt | Kanzlei Sondershausen 693/31 | origineel |
PDF (4.28 Mb) |
|
Groen van Prinsterer, Archives d'Orange-Nassau | I, 68-69 nr. XXVI (Frans) |
editie: Groen van Prinsterer, G., ed. Archives ou correspondance inédite de la Maison d’Orange-Nassau. Première série 8 dln. (Leiden 1835-1847). Deel I is met wijzigingen en aanvullingen herdrukt (Leiden 1841). Deze herdruk wordt aangeduid met I2. |
https://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken | |
Van Schelven, Willem van Oranje | 264 | facsimile | ||
Koninklijk Huisarchief Den Haag | A 11/XIV A/12a-1 (Frans) | minuut eigen hand | ||
Koninklijk Huisarchief Den Haag | Collectie Japikse | kopie 20e eeuw | ||
Hessiches Hauptstaatsarchiv Wiesbaden | Abt. 171 M, nr. 319-321, f. 16 | excerpt | ||
Demandt, Nassau-oranische Korrespondenzen | I, 67 nr. 66 | excerpt |