Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3. Voorbereiding Europese Raad op 25 en 26 juni 1984.
A) sociaal-economische situatie. Besloten wordt aan het Franse voorzitterschap ontwerpconclusies voor te leggen over de arbeidsduurverkorting en de jeugdwerkloosheid.
B) Britse begrotingsbijdrage. Besloten wordt dat BuZa en Financën voor de delegatie een notitie zullen opstellen met de consequenties voor Nederland van de verschillende oplossingen die de ronde doen.
C) begroting 1984/begrotingsdiscipline. Benadrukt wordt dat het uiterste moet worden gedaan om het begrotingstekort te beperken.
D) Duitse MCB-compensatie. Braks is het eens met de CoCo-conclusie dat de voorgenomen Duitse steunmaatregelen als strijdig met het besluit van de Landbouwraad van 31 maart moeten worden afgewezen. Ze zijn een substantiële eenzijdige afwijking van wat is afgesproken, terwijl bovendien compensaties worden verleend voor sectoren waarin geen inkomensverlies s gelegen las gevolg van de afbraak van de positieve MCB's. Besloten wordt de Duitse natiionale steunmaatregelen af te blijven wijzen. Mocht een concessie nodig zijn, dan kan gedacht worden aan een extra compensatie van beperkte duur uitsluitend voor producten waarvoor een echte garantieprijs geldt.
G) Toekomst Gemeenschap/Conferentie lidstaten.
Lubbers verwacht dat er over een Europa van twee snelheden alleen zal worden gesproken als een echte crisis ontstaat over de Britse problematiek. Hijstelt voor te concluderen dat de ministerraad hieraan nog een aparte besprekng zal wijden.
Zie ook