Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
Vergadering van de Commissie voor Handelspolitiek op 17-02-1950.

Van den Brink bericht dat nadat het Bissel-plan en de Europese betalingsregeling niet haalbaar bleken de onderhandelingen voor Fibenel hervat zijn.
De OEES heeft haar lidstaten opgeroepen om zoveel mogelijk quantitatieve handelsrestricties weg te nemen, waarbij de Nederlandse regering heeft opgemerkt dat voor effectieve liberalisatie van de handel alle restricties opgeheven moeten worden.

Stikker meldt dat de onderhandelingen voor Fibenel al niet veel meer voorstelden dat niet al behandeld werd in de OEES. Bij de laatste besprekingen bleek bovendien dat Frankrijk Duitsland wel in Fibenel wilde tolereren als de Britten hiertegen geen bezwaar meer hebben en als de Amerikanen meer geld beschikbaar stellen. Op dit moment wordt gesproken over een overall-agreement (met Groot-Brittannië als lid) maar als dit geen doorgang vindt zal het geen probleem zijn om Duitsland alsnog op te nemen. Harriman heeft in ieder geval verklaard te proberen meer geld beschikbaar te krijgen.
Italië en Frankrijk voelen ondertussen niet veel meer voor de verwezenlijking van Fibenel.

Lieftinck meldt hoe het nieuwe plan voor betalingsverkeer werkt: elk land geeft zijn rekeningen op aan de OEES en dit saldo zal dan verwerkt worden door de EBU. Voor Nederland is dit waarschijnlijk een aantrekkelijk systeem, voor Groot-Brittannië is het nadelig.

Stikker voegt toe dat bij de Britse schulden onderscheid gemaakt dient te worden tussen de bijzondere schulden als gevolg van de oorlog en de internationale bankfunctie enerzijds, en de normale internationale verplichtingen anderzijds.

In antwoord op de vragen van de parlementariërs melden Lieftinck en Stikker dat de internationale bemoeienis in het nieuwe betalingssysteem beperkt zal blijven tot het in balans brengen van de betalingen.