Registers van de Hollandse grafelijkheid 1299-1345

 
English | Nederlands
B WI_G_X064v_425_1 WI_G_X065r_425_2

A: Primaire registratie, niet voorhanden.
B: AGH 218 (groot register Willem IV), f. 64v-65r, nr. 409 (na 1344 okt., ws. na 1345 sep.), naar A.
Opschrift:

Een seggen a vander Gelresschen etc.

Editie/regest: Van Mieris, ChHZ II, p. 689, met als termina 1343 oktober 12 en 1345 september 26.

In deze oorkonde ontbreekt de datumregel. Aangezien de tekst lijkt te handelen om een conflict over de voogdij van de onmondige hertog Reinoud III van Gelre, dat zich afspeelde tussen enerzijds zijn moeder hertogin Eleonora en anderzijds zijn verwant Dirk van Montjoie en Valkenburg, moet de datum post quem het overlijden van hertog Reinoud II zijn, die op 12 oktober 1343 stierf. Als datum ante quem geeft Van Mieris het overlijden van de oorkonder, graaf Willem IV, maar een eerdere datum kan worden gevonden in oktober 1344, toen de hertogin zich terugtrok uit het landsbestuur (I.A. Nijhoff, Gedenkwaardigheden uit de geschiedenis van Gelderland II (Arnhem 1833), p. x-xiii: op 20 september 1344 was Eleonora nog voogdes, op 13 en 14 oktober oorkondde Reinoud III zelfstandig). Aangezien in onderstaande tekst wordt gemeld dat zij afstand heeft gedaan van de inkomsten van het hertogdom, is de uitspraak mogelijk zelfs rond laatstgenoemd tijdstip te plaatsen. – Een dergelijke datum ante quem wordt bevestigd door nr. WI 431 d.d. 1345 januari 23, wanneer daarin althans sprake is van dezelfde 3000 pond kleine penningen.

Het ontbreken van de datumregel kan erop duiden dat deze oorkonde niet verder is gekomen dan het stadium een ontwerptekst, en niet daadwerkelijk is uitgevaardigd.

Wi Willem grave van Heynnegouwenb etc. maken cond etc. c dat edele lude ende moghende vrouw Alienora van Enghelant, hertoghinne van Ghelre ende gravinne van Zuutphend, onse lieve nichte, ende Reynoud hertoghe van Ghelre ende grave van Zuutphen, onsen lieven broeder, voir him ende hoeren hulperen up diene side ende her Dieric here van Monyoye, van Valkenburche, van Voirne ende burchgrave van Zelandf, onse lieve neve, voir hem ende sinen helperen up dander zide ane ons van allen twijeg die si malc anderen eyschen moghen of mochten ghebleven zijn ane h onse zegghen, ende hebben ons gheloeft an beyden ziden bi hore trouwe ende zekerhede onse zegghen dair of te houden ende te voldoene, wair of wi wel beraden onse zegghen uuten mit goeder voirzienichede.

In den eersten, want alle voirwairdeni tuschen onser nichten der hertoghinne ende onsen broeder den hertoghe voirnoemt up diene zide ende den here van Valkenburchj, onsen neve, up dander zide niet langher duren noch scade bliven, also als die brieve van den voirwairden dair of houden, dan onse nichte die hertoginne voirs. tlant ende die renten van den hartoghedom van Ghelre ende van der graefscip van Zuutphen onder hadde, ende want zijs nu niet meer onder hair en heeft, soe zegghen wi alle voirwairden ende gheloeften van der heerscepien ende van den lande voirscreven te bedriven quite.

Vord is onse zegghen dat onse neve die here van Valkenburch leveren zal den ghenen dien wijt bevelen dat huys te Niemaghen mit alle zinen toebehoeren, also als hi dat huys vant, ende alle privilegien, brieve ende hantvesten, zonder archlijst; uutghenomen enighe provantie die hi gheoirbaird mach hebben van daghelixen coste, die zegghen wi quite. Ende dat huys zal hi leveren van een zondaghe naistcomende over achtdaghe den ghenen dien wijt bevelen mit onsen open brieve tonfane tot ons broeders behoef des hertoghen van Ghelre voirscreven; ende hem des lants nu ter tijt niet meer te bewinden alse overste berechter. Ende heeft hi enighe beloefte ghedaen voir die hertoghinne jof voir den hertoghe voirs. bi haeren wille of bi hoere beveelnissen, dair of zegghen wi datmen hem ontheffe.

Vord zegghen wi den here van Valkenburch voir alrehande cost die hi ghedaen heeft ende voir ghelt ende rogghe die hi uutgheleyt heeft ende voir sinen wedden van den oversten berechte dat voirs. lant te bedriven tot deser tijt toe, also alse die brieve ende voirwairde dairk of spreken, IIIM lb. cleynre pennigghe, enen gouden scilt van wichte voir XX groten ende enen Brabantschenl gherekent, te betalen tDordrechtm, die ene helfte tot Pinxterenn naistcomende ende die ander helfte dair na tot sinte Bavendagheo naistcomende, ende hem des also zeker te doene dats hem mit reden ghenoeghen moghe.

Voerd, want wi hopen dat beyde partien voirscreven ghene dinghe ghedaen hebben dan om dat beste tote hoirs joncheren behoef des hertoghen van Ghelre voirscreven, soe zegghen wi der hertoginnen ende den hertoghen voirs. ende hore helpers ende bistanders up die ene zide ende den here van Valkenburchp, zinen helpers ende bistanders up die ander zide wittelike ende clairlike onderlinghen versoent van allen dinghen die hier of roeren of gheroerd zijn, uutghenomen zulke saken alse die here van Valkenburch te doene heeft jeghens heren Janne van Valkenburch den here van Born, zinen oem, ende heren Walraven here van Harpe, zinen neve, die van desen voirs. zaken niet en roeren, des si an beyden ziden gheliken ende al an onse zegghen ghebleven zijn mit hoeren open brieven onse zegghen te uten tusken nu ende sinte Pieters daghe ingaende oichsteq naistcomede.

Ende want onse lieve broeder die hertoghe voirs. jonc es ende in groeter scult ende hem behoeft zine zaken te bedriven mitten minsten coste, ende oec al ware onse broeder voirs. merre here ende riker dan hi es, soe dade hi wel mit enen minren man sine roiten te bedriven dan onse neve es, here Jan van Valkenburch voirs., wair bi wi hem nu voert ane die rentemesterscip verdraghen; ende als hi gherekent heeft wes men hem sculdich blijft bi sire rekeninghe, dair zalmen of ontheffen.

Ende soe wat discoerdr of stoed hier in viele, jof vonden wi namaels yemand van enighen der partien voirscreven brokich jeghens onsen broeder den hartoghe voirnoemt van desen zaken roerende voirscreven, dat houden wi tot onsen verclairsen.

a
hier etc., doorgestreept B.
b
Heynn. B.
c
hier en hierna om een gerepareerde scheur in het perkament heen geschreven B.
d
Zuutph. B; deze afkorting hierna niet meer aangegeven.
e
Valken b. B.
f
Zel. B.
g
ij gecorrigeerd B.
h
hier ons, doorgestreept B.
i
woirw'den B.
j
Valkenb. B; deze afkorting hierna niet meer aangegeven.
k
i verbeterd uit e B.
l
Brab. B.
m
tDordr. B.
n
in 1344 viel Pinksteren op 23 mei, in 1345 op 15 mei.
o
1 oktober.
p
Valkēb', maar de afkortingsstreep boven de e onzeker B.
q
1 augustus.
r
discoed B.
Oorkonder: graaf Willem IV
Destinataris: vrouwe Eleonora van Engeland, hertogin van Gelre en gravin van Zutphen, en Reinoud III, hertog van Gelre en graaf van Zutphen, enerzijds en heer Dirk heer van Montjoie, Valkenburg en Voorne, burggraaf van Zeeland, anderzijds