Bouwmeester, Lily Geertruida Maria Henriëtte (1901-1993)

 
English | Nederlands

ARPEAU, Lily Geertruida Maria Henriëtte, vooral bekend als Lily Bouwmeester (geb. Amsterdam 28-9-1901 – gest. Sliedrecht 12-7-1993), actrice. Dochter van Ludovicus Adolphus Bouwmeester (1882-1931), violist, en Julie Marie Arpeau (1880-1952), pianiste. Lily Bouwmeester trouwde (1) op 31-3-1921 in Amsterdam met Theodoor Frenkell (1893-1955), acteur; (2) na echtscheiding (18-8-1933) op 29-5-1935 in Den Haag met Cornelis Leendert van der Lugt Melsert (1907-1990), schouwburgdirecteur. Beide huwelijken bleven kinderloos.

Lily Bouwmeester werd geboren als buitenechtelijk kind – haar vader erkende haar zes jaar later (op 21 maart 1907). Van haar zesde tot twaalfde jaar reisde ze met haar ouders, die beroepsmusici waren, door Europa. Onderweg had ze vioolles van haar vader. In 1913 kreeg ze er een broer en zus bij: de tweeling Louis en Dolly. Zelf ging ze dat jaar naar de middelbare school en kwam daarom in huis bij haar oudtante, de actrice Theo Mann-Bouwmeester, die haar voordrachtles gaf. Ook bezorgde Tante Theo haar af en toe een toneelrolletje en in 1916 een rol naast Annie Bos in de stomme speelfilm Majoor Frans. Met haar jongens-achtige voorkomen had Lily van 1917 tot 1920 succes met travestierollen in de Amsterdamse Stadsschouwburg, onder leiding van toneelvernieuwer Eduard Verkade. Tot 1922 speelde ze nog in acht films, onder meer onder regie van Theo Frenkell sr., een zoon van haar oudtante Theo.

Pygmalion

In 1921 trouwde Lily Bouwmeester met haar acht jaar oudere achterneef Theo Frenkel jr., een kleinzoon van haar oudtante Theo. Met hem maakte ze tournees met kindermatinees over Pietje Bell en Dik Trom. Daarnaast speelden ze bij verschillende ‘volwassen’ gezelschappen. In 1923 verhuisden ze naar Den Haag voor een vast engagement bij Cor van der Lugt Melsert sr. Ze bleven tot 1927 bij hem, speelden een seizoen bij de operette en maakten daarna een tournee door Nederlands-Indië. Vanaf 1930 speelden ze in Amsterdam, aanvankelijk samen bij een blijspelgezelschap, maar in 1932 stapte Lily Frenkel-Bouwmeester alleen over naar het Nederlandsch-Indisch Tooneel. Het jaar daarna strandde haar huwelijk met Frenkel. Ze hertrouwde in 1935 met de Rotterdamse schouwburgdirecteur Cor van der Lugt Melsert jr. – zes jaar jonger dan zij –, een oomzegger en naamgenoot van Cor sr.

In het begin van haar tweede huwelijk leidde Lily Bouwmeester een huiselijk bestaan, dat ze naar eigen zeggen ‘wel fijn’ vond. In 1937 werd ze echter gevraagd voor een filmauditie. Zo kreeg ze de hoofdrol van Liesje Doeluttel (Eliza Doolittle) in de Nederlandse verfilming van Pygmalion van George Bernard Shaw, die haar ongekend populair maakte. Ze huurde een secretaresse in om haar fanmail te behandelen en werd overspoeld met aanbiedingen voor filmrollen. Tweemaal, in 1939 en 1940, sloeg Bouwmeester een aanbod af van de nazi-Duitse filmmaatschappij UFA. Ook wees ze een vijfjarig contract in Hollywood van de hand toen bleek dat haar man niet met haar mee wilde. Wel speelde ze hoofdrollen in vijf Nederlandse films, het laatst in Ergens in Nederland (1940) van Ludwig Berger.

Lily Bouwmeester staakte haar toneel- en filmloopbaan tijdens de Duitse bezetting van Nederland. Haar joodse man dook onder – zelf huisvestte ze in Den Haag twee joodse onderduikers. Vanaf september 1945 stond ze weer op de planken, tot 1948 in Den Haag en daarna vijf seizoenen in Rotterdam. Ze schitterde opnieuw in haar vooroorlogse succesrol in Pygmalion en in 1952-1953 als Agnes in Het hemelbed van Jan de Hartog, met Ko van Dijk als enige tegenspeler. Met deze rol, die ze in 1954-1955 en 1960-1961 nog twee seizoenen elders zou spelen, nam ze afscheid van Het Rotterdams Toneel. In films heeft ze na de oorlog nooit meer gespeeld. In 1968-1969 maakte ze haar allerlaatste toneeltournee.

Tot de dood van haar man (1990) bleef Lily Bouwmeester wonen aan de Haagse Laan van Meerdervoort, waar ze nog regelmatig werd geïnterviewd voor dag- en damesbladen. In 1991 verhuisde ze naar een serviceflat in Sliedrecht. Op haar negentigste verjaardag kreeg ze als ‘beste actrice van de vooroorlogse Nederlandse speelfilm’ in het Filmmuseum in Amsterdam een speciale editie van het Gouden Kalf voor haar spel in de ‘mobilisatiefilm’ Ergens in Nederland uit 1940. ‘Met dezelfde grote vragende ogen van Liesje Doeluttel in Pygmalion’ nam ze de staande ovatie van het publiek én een verjaardagstaart in ontvangst (NRC, 30-9-1991). Het was haar laatste publieke optreden. Lily Bouwmeester overleed op 12 juli 1993 op 91-jarige leeftijd in het ziekenhuis in Sliedrecht en werd op uitdrukkelijk eigen verzoek in stilte gecremeerd in Den Haag.

Reputatie

Van de familie Bouwmeester en aanhang was Lily Bouwmeester de meest veelzijdige acteur, met haar bijdragen aan onder meer blijspelen, operettevoorstellingen en films. Henk van Gelder herdacht haar in NRC-Handelsblad als ‘de eerste echte ster uit de Nederlandse filmgeschiedenis ‘ en een ‘comédienne met flair’. Reeds bij haar debuut was men gecharmeerd van haar frêle gestalte en haar ‘zilverig stemmetje vol droomgeluid’. Zelf maakte ze nooit enige drukte over haar werk: ‘speelziek’ was ze nooit geweest (Koster, 366). In 1994 werden de rollen teruggevonden van de historische film Het geheim van Delft uit 1917, waarin een zeer jeugdige Bouwmeester speelde naast Annie Bos.

 

Naslagwerken

BWN; Honig.

Archivalia

Collectie Theater Instituut, Bijzondere Collecties UvA, Amsterdam: archief Lily Bouwmeester.

Rollen

Overzicht in Honig.

Literatuur

  • Simon Koster, De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie (Zutphen 1973) 356-366.
  • Hans Beerekamp, ‘“Mobilisatiefilm” na halve eeuw bekroond’, NRC-Handelsblad, 30-9-1991.
  • Henk van Gelder, ‘Lily Bouwmeester (91) overleden’ en ‘Comédienne met flair’, NRC Handelsblad, 16-7-1993.
  • ‘Speelfilm uit 1917 teruggevonden’, NRC-Handelsblad, 26-10-1994.

Illustratie

Lily Bouwmeester, door onbekende fotograaf, ca. 1920 (Stadsarchief Amsterdam).

Auteur: Redactie

 

laatst gewijzigd: 27/11/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.