28/07/1628

 
English | Nederlands

28 - 07 - 1628

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Op aanhoudend verzoek van Abraham Speeck stellen HHM Bruininxs en Veltdriel in plaats van de afwezige Bas en Stavenis aan als commissaris.

2 De gezanten in Frankrijk berichten d.d. Parijs 14 juli dat de koning opnieuw 35 Nederlandse koopvaardijschepen in beslag heeft genomen om tegen de Engelse vloot in te zetten.
HHM nemen hierover nog geen besluit.

3 Ritmeester Van Eeckren schrijft d.d. Bergen op Zoom 22 juli dat de soldaten van zijn compagnie een konvooi hebben verslagen en een in soldatenkleren vermomde jezuït hebben gevangengenomen. Hij verzoekt autorisatie in verband hiermee kwartier te mogen maken aan de vijandelijke kant.
HHM schrijven hun afgevaardigden in Roosendaal om te bewerkstelligen dat dit aan de ritmeester wordt beloofd.

4 Een brief van Schwarzenberg d.d. Keulen 3/13 juli voegen HHM bij de andere bij de bespreking met ambtman Aer gebruikte documenten.

5 HHM stemmen voorlopig niet in met het verzoek van Jan Joosten Roy en Roelant Tailler om de gisteren over hun zaak genomen resolutie te mogen hebben.

6 In een brief d.d. Groningen 8 juli bevelen de Gedeputeerde Staten van Groningen het rekest aan van Wibe Hilles en Johan Popkens, cherchers te Groningen. De supplianten vragen goedkeuring van HHM voor de op 19 en 22 jan. door de Admiraliteit in Friesland toegezegde verhoging van hun traktement met 50 gld. per jaar.
HHM geven het rekest voor advies aan de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteitscolleges.

7 De extraordinaris afgevaardigden van Holland berichten dat hun lastgevers in overleg met Z.Exc. het plan van de vijand hebben besproken om de Nederlandse Moskoviëvaarders aan te vallen in de Witte Zee of in hun laadplaats Archangel. Zij hebben besloten nogmaals luitenant-admiraal Dorp te schrijven goed op te letten dat de vijandelijke schepen binnengaats blijven. Als deze toch uitvaren, dient hij de schepen te achtervolgen. Daarbij moet Dorp voldoende schepen inzetten om bij de vijand in het voordeel te blijven.
Daarnaast moeten de op Texel aan land gekomen konvooischepen van de kapiteins Bornon, Tronckois, Tys van Campen en Jacob Symonsz. Dolphyn zo spoedig mogelijk bevoorraad worden. Zij moeten op zee worden gestuurd ter bescherming van de genoemde Moskoviëvaarders. Hiervan dienen de Admiraliteitscolleges waaronder deze konvooischepen vallen bericht worden.
HHM nemen dit besluit over.

8 HHM keuren de instructie goed voor Van Essen, Van der Dusse en thesaurier-generaal Van Goch als afgevaardigden naar de Staten van Friesland .

9 Z.Exc. heeft bericht over een brief van commandant Otto de Gent d.d. Emmerik [Emmerich] 26 juli inzake de gerezen onenigheid tussen enkele staatse en keizerlijke soldaten. Daarnaast zijn de door de gevangen keizerlijke soldaten bij de verhoren gegeven antwoorden onderzocht.
HHM laten de commandant de gevangenen vrijlaten zonder betaling van rantsoen.

10 De binnengekomen secretaris Huygens meldt dat de RvS de op 18 en 26 juli aan hem gegeven brieven van de keurvorst van Keulen, van de Kleefse raden te Emmerik [Emmerich] en van de Palts-Neuburgse raden te Düsseldorf heeft onderzocht. De Raad adviseert de commandanten van Emmerik en Rees te schrijven de soldaten, die de luitenant van de keurvorst van Keulen hebben doodgeschoten en secretaris Marcken beroofd, te laten arresteren en verhoren. Door anderen moeten zij zich laten informeren over de toedracht van de gebeurtenissen en deze informatie aan HHM sturen. Indien zij de misdadige soldaten niet kunnen arresteren, moeten de onderofficieren die hen hebben geleid worden aangehouden en onderzocht.
HHM nemen dit advies van de RvS over en laten hem aan de commandanten schrijven.

11 Terestein, oud-burgemeester van Dordrecht, compareert. Hij meldt dat afgevaardigden van de steden Arnhem en Utrecht hem hebben verzocht het voorgenomen werk rond IJsseloord aan het uitdiepen van de IJssel op te schorten totdat zij zich daarover hebben kunnen beklagen. Teresteyn heeft de voortzetting van het werk uitgesteld zodat hij intussen het oordeel van HHM kan vragen.
Ondanks de bezwaren laten HHM het werk voortzetten conform hun eerdere resolutie en de daaropvolgende besprekingen van de commissarissen. Terestein moet daarom zo spoedig mogelijk naar het werk vertrekken. De president zal deze resolutie ter kennisgeving aan Z.Exc. melden.