24 - 01 - 1629
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
President
Beaumont heeft van Z.Exc. vernomen dat het
Land van
Gulik
[Jülich],
Berg,
Kleef
et cetera, contributies betalen aan de vijand voor het onderhoud
van
diens
leger. Z.Exc. stelt de vraag of het niet nuttig zou zijn daaraan
iets te
doen.
Schaffer vult aan bericht
te hebben
gekregen dat
Duisburg elke maand 1.500 gld. aan het Spaanse
garnizoen moet betalen en dat ook
Holten,
's-
Heerenberg en
Dinslaken elke maand moeten meebetalen voor de
soldaten die uit deze plaatsen naar Duisburg zijn geweken.
HHM verzoeken de RvS om de officieren van de Republiek, ontvanger
Renssen en controleur
Retzer te
laten uitzoeken
wat van deze berichten waar is, zodat daartegen de nodige
maatregelen
getroffen kunnen worden.
2
President
Beaumont vraagt namens resident
Aissma 600
rijksdaalder te mogen ontvangen van zijn traktement ter betaling
van reis-
en
verblijfskosten tijdens zijn reis van
Hamburg naar 's-
Gravenhage en
terug.
HHM dragen ontvanger-generaal
Doublet op om Aissma dit bedrag te verstrekken als voorschot op zijn
traktement of declaratie.
3
Schaffer deelt HHM mee dat hem in een brief van stadhouder
graaf
Ernst Casimir van Nassau
d.d. 5 jan.
bericht is
dat het leger van de
keizer in
Leer gereorganiseerd is en dat de zwakke
compagnieën
bij die gelegenheid over de andere verdeeld zijn.
De
compagnie van
Lünebach weigerde zich in
aantal
te laten verminderen en zag zich liever afgedankt, om welke
reden
zij naar de genoemde plaats trok. De keizerlijke
troepen
hebben haar daar echter opgehaald, onder een compagnie
gebracht en daarna alsnog opgeheven. De drie voornaamste
soldaten
zijn opgehangen, terwijl de overigen luitenant
Brederode verantwoordelijk
stelden, die daarop
is gearresteerd. Hij is echter met enkele soldaten
naar
Emden ontsnapt, waar zij verzocht hebben dienst te
mogen
nemen. Ernst Casimir heeft dit verboden en
hun opgedragen om zich binnen de Republiek aan te bieden voor
krijgsdienst. Hij vraagt over deze kwestie de mening van HHM.
HHM vragen Schaffer hierover met Z.Exc. te spreken.
4
HHM bestuderen het verzoek van kapitein
Jasper van Treslong, commandant van Brielle, een extraordinaris traktement
te mogen ontvangen ter leniging van de voor zijn commando te maken
onkosten. De retroacta zijn er ook op nageslagen.
De RvS wordt advies gevraagd.
5
Fransois Poer en
Willem van Heuckelom,
dienaars van de
geweldige provoost van het Hof van Holland, vragen een extra
vergoeding
voor het op afstand houden van het volk bij de aankomst van
Pieter Heyn.
HHM wijzen het verzoek af.
6
Willem Silvius verzoekt ordonnantie voor drie maanden traktement en vraagt
tevens voor de toekomst een verhoging van dit traktement.
HHM staan het eerste verzoek toe en wijzen het tweede af.
7
Williaume Douglas schrijft dat hij krachtens de resolutie van HHM en conform
het eerste contract aan Z.Exc.
en de RvS de door hem uitgevonden wapens en werktuigen heeft
gedemonstreerd. Hij is
nu bereid om de bepalingen van het tweede contract, die zijn
uitvindingen voor het in brand steken en laten
zinken
van schepen betreffen, te vervullen.
Hij vraagt een besluit van HHM over het wel of niet aanvaarden van zijn uitvindingen en de bijbehorende contractuele bepalingen. In het geval zij niet langer geïnteresseerd zijn verzoekt hij toestemming zijn wapens te mogen demonstreren aan alle vorsten, landen of steden die niet met de Republiek in oorlog zijn.
HHM vragen het advies van de RvS.
8
Conform het advies van de RvS d.d. 23 jan. op het 13 jan. ingediende rekest van
Pieter van Herten verlenen HHM hem voorschrijven bij de
Kleefse stadhouder en raden in
Emmerik
[Emmerich]. Zij zien niet hoe hij
nog langer in
staatse dienst
gehouden kan worden, maar houden hem gezien de getuigenissen over
zijn
bekwaamheid en oprechtheid wel
aanbevolen.
9
Ondanks het advies van de RvS d.d. 15 jan. kennen HHM
Brederode 300 gld. toe. Van dit bedrag zal de sergeant-majoor
ordonnantie worden
gedepêcheerd.