30 - 11 - 1629

Presentielijst:

Resoluties:

1 Aert Cornelisz., bode van Dordrecht naar Nijmegen, die op zijn reis naar Nijmegen in de Tielerwaard gevangen is genomen, verzoekt de magistraat van Nijmegen te gelasten de bode die van Venlo naar Nijmegen reist, vast te houden totdat hij uit zijn gevangenis wordt ontslagen.
HHM besluiten het advies van de RvS in te winnen.

2 Op het verzoek van kapitein Boisgrenier staan HHM hem toe zijn paard over zee of land vrij van rechten naar Frankrijk uit te voeren.

3 Schwarzenberg verzoekt d.d. Emmerik [Emmerich] 22 nov. de door hem verstrekte reversiebrief terug te geven nu de keurvorst van Brandenburg de in juli gesloten overeenkomst heeft geratificeerd. Ten tweede verzoekt hij teruggave van zijn door kolonel Harwodt in beslag genomen roerende goederen waaruit deze voor 300 gld. aan kosten wil vorderen voor het kaalslaan van de onder het ambt Huissen vallende grienden.
Schwarzenberg zal zijn reversiebrief terugkrijgen zodra HHM de originele ratificatie hebben ontvangen. De kolonel en alle anderen die het aangaat krijgen de opdracht de roerende goederen terug te geven. De 300 gld. zullen namens de Republiek worden betaald.

4 Ontvangen is een brief van de keurvorst van Keulen d.d. Bonn 19 nov. met klachten over door commandant Mulert begane excessen.
HHM besluiten de brief aan de RvS te geven om hierover na overleg met Z.Exc. te beslissen.

5 Gelezen is het verzoek van boekverkoper Hendrick Laurensz., ondersteund door een brief van de burgemeesters en raad van Amsterdam d.d. Amsterdam 21 nov., om voortzetting van zijn octrooi op het drukken en verkopen van een zekere bijbel.
HHM wijzen het verzoek af.

6 Kapitein Dominicus van Coevorden, die in garnizoen ligt in Sluis in Vlaanderen en zes herenmaanden soldij tegoed heeft, verzoekt om betaling van zijn soldij en om het bevel dat zijn ordonnantie voortaan op tijd wordt voldaan.
HHM besluiten het advies van de RvS in te winnen.

7 Gelezen is het advies van de RvS d.d. 26 okt. over het op 4 okt. ingediende verzoek van Jean de Malet, heer van der Beken.
Overeenkomstig het advies menen HHM dat het proces van de vijand tegen de suppliant ongegrond is. Daarom machtigen ze de RvS de bisschop van Antwerpen aan te zeggen de suppliant schadeloos te stellen en maatregelen te nemen dat hij ongemoeid gelaten wordt. Doet hij dit niet, dan zullen HHM als represaille in rechte optreden tegen zijn inkomsten.

8 Gelezen is het advies van de RvS d.d. 13 juli over het op 4 juli bij HHM ingediende verzoek van de drost, burgemeesters en schepenen van Steenbergen en Kruisland om redemptie van de belasting op het hoornvee ten westen van Steenbergen voor dezelfde tijd als de oostkant van Steenbergen heeft gehad, namelijk zes jaar. Ze verzoeken een redemptie van 300 gld. per jaar omdat de westkant in morgentallen maar half zo groot is als de oostkant. Tevens verzoeken ze de winst van de redemptie te mogen ontvangen en administreren. Op de apostille om advies van HHM en ook op de vraag om inlichtingen over de redenen waarom de redemptie aan die van de oostkant tegen een zo matige prijs en gedurende zo'n lange tijd is toegestaan, meldt de RvS dat de redemptie gegeven is overeenkomstig een door HHM op 26 jan. genomen resolutie. Het verzoek van de supplianten om dezelfde redemptie voor de westkant is door de RvS afgewezen om in zijn advies d.d. 9 maart gegeven redenen. Wat betreft het verzoek om ontvangst en administratie van de winst adviseert de RvS dat dit niet kan worden toegestaan zonder de ingelanden van de oostkant te kort te doen omdat daardoor het eerder aan hen gegeven beneficie wordt afgenomen.
Alvorens HHM besluiten, wordt de RvS gevraagd nader te adviseren over de wijze van heffing van het geld waaruit de redemptie wordt betaald en waarvoor de winst van de redemptie wordt gebruikt. Tevens vragen HHM naar de redenen waarom de redemptie van de belastingen in Prinsenland 1.600 gld. bedraagt terwijl de redemptie eerder 8.000 gld. heeft opgebracht. Mochten de hiervoor destijds aangevoerde redenen nu niet meer geldig zijn, dan willen HHM graag advies over het verhogen van deze redemptie tot 8.000 gld.

9 De op 13 nov. begonnen verslaglegging van Olphert Barentsz., Jensma en thesaurier-generaal Van Goch over wat zij tussen 15 okt. en 4 nov. in 's- Hertogenbosch hebben verricht, is voltooid. Vervolgens is het rapport gehoord van Rantwyck, bovengenoemde heren en de andere gedeputeerden van HHM die overeenkomstig de resolutie van HHM de door de gecommitteerden van 's-Hertogenbosch op 15 nov. ingediende remonstrantie hebben onderzocht.
HHM besluiten dat alle gerapporteerde zaken waarop een resolutie moet worden genomen, door bovengenoemde gedeputeerden op schrift moeten worden gesteld met toevoeging van hun advies bij elk punt, alsmede over de door de magistraat van 's-Hertogenbosch ingediende deductie betreffende het begijnhof aldaar en over het verzoek van Gans om voorzien te worden van een woning in 's-Hertogenbosch. Op al deze punten kunnen HHM dan een beslissing nemen na advies van de RvS.

10 De Admiraliteit in het Noorderkwartier verzoekt in haar op 21 nov. ingediende remonstrantie om betaling van de haar op de provincies gegeven assignaties ter voldoening van de voor 1627 gemaakte schulden. Ten tweede verzoekt de Admiraliteit een besluit te nemen op de casuspositie betreffende het in beslag nemen van de in Duinkerke door neutralen gekochte schepen. Ten derde verzoekt ze de matrozen die uitgevaren zijn op de door haar uitgerede schepen onder de vlag van admiraal L'Hermite hun buitgeld te laten ontvangen van de Admiraliteit te Amsterdam uit de opbrengst van de door de vloot van L'Hermite veroverde schepen die allemaal naar Amsterdam zijn gestuurd. Ten vierde vraagt de Admiraliteit in het Noorderkwartier maatregelen te nemen ter voorkoming van elke belemmering op het gebied van jurisdictie over de matrozen in dienst van deze Admiraliteit. Vervolgens besluiten de heren van Alkmaar alle matrozen die de geweldige provoost van de Admiraliteit in het Noorderkwartier gevangen heeft genomen, te vervolgen. Ten vijfde verzoekt de Admiraliteit in het Noorderkwartier haar te machtigen in Kampen een kantoor van konvooien en licenten op te richten. Ten zesde verzoekt ze de RvS te gelasten het transportgeld van de schepen die soldaten op de IJssel vervoerd hebben, te betalen.
HHM besluiten de gedeputeerden van de diverse provincies aan te sporen zich ervoor in te zetten dat de assignaties op hun provincies betaald worden. Ten tweede wordt de gedeputeerden verzocht de adviezen van de Admiraliteiten over de casuspositie te onderzoeken en er verslag van te doen. Over het derde punt besluiten HHM nogmaals de Admiraliteit te Amsterdam ernstig aan te schrijven de matrozen op de door de Admiraliteit in het Noorderkwartier uitgerede schepen voor de vloot van L'Hermite hun buitgeld te betalen, net als zij heeft gedaan aan de matrozen van haar repartitie die op dezelfde vloot zijn uitgevaren. Over het vierde punt moet de griffier met de gedeputeerden van Alkmaar praten en er verslag van doen. De gedeputeerden van Overijssel beloven met hun principalen over het vijfde punt te spreken. HHM besluiten op het zesde punt het advies van de RvS in te winnen.

11 Gehoord is het rapport van de gedeputeerden Brunixs, Schotte en Thuil de Zerooskercke die volgens opdracht een kohier van verponding hebben opgesteld over alle gorzen, grienden, visgebieden en alle andere dergelijke onroerende goederen in de onder HHM vallende gebieden in Vlaanderen. Ook overhandigen zij een kaart van deze gebieden en de declaratie van de tijdens de bijeenkomsten gemaakte kosten.
HHM schorten een besluit over de hoofdzaak op en gelasten de kaart in de kamer van HHM op te hangen. Op de declaratie zal ordonnantie gedepêcheerd worden van 1.565 gld. 15 st.

12 De hoogbaljuw, burgemeesters en schepenen van het Vrije van Sluis verzoeken het heffen van de verponding over de landen in Vlaanderen na te laten. Mochten HHM besluiten dat deze landen belastingplichtig zijn tot een bepaald bedrag, dan verzoeken de supplianten gemachtigd te worden om dit geld te heffen en om te slaan over alle morgentallen die naar hun mening de last kunnen dragen.
HHM schorten een besluit op omdat over de in de vorige resolutie genoemde hoofdzaak geen beslissing is genomen.

13 Ritmeester Henderick de Bergaigne compareert en legt de eed af als hoogschout van 's- Hertogenbosch en de Meierij van 's-Hertogenbosch. Hij stelt HHM het ontvangerschap van de contributies en dergelijke, dat hij tot nu toe uitoefende, ter hand.

14 Bruininxs, Schotte en Thuil de Zerooskercke, die uit Vlaanderen zijn teruggekomen, rapporteren dat zij overeenkomstig de resolutie van HHM d.d. 13 feb. bij het opstellen van het kohier van de verponding aldaar gelet hebben op het op 12 sept. 1628 bij HHM ingediende verzoek van de ingelanden van de bij Terneuzen gelegen Zevenaarpolder, Goesschepolder en Vlooswijkpolder, evenals op de op dit verzoek gegeven adviezen van de RvS d.d. 8 okt. 1628 en 8 februari.
Overeenkomstig deze adviezen en het advies van bovengenoemde gedeputeerden kennen HHM de supplianten voor het nieuwe land dat zij voor het eerst zullen indijken, toe: vrijstelling van belasting op hoornvee en bezaaide gemeten en ontheffing van tienden voor de tijd van veertien jaar vanaf het moment dat het indijken voltooid is. HHM wijzen de gevraagde ontheffing van de algemene belastingen af.

15 Geresumeerd is het advies van de RvS d.d. 24 okt. over het bij HHM ingediende verzoek van de ingelanden van de polder Westenrijk. Eveneens gehoord is het mondelinge verslag van de gedeputeerden die het kohier van de verponding in de kwartieren van Vlaanderen hebben opgesteld.
HHM besluiten de supplianten nog zeven jaar de vrijstelling die zij eerder genoten hebben toe te staan met ingang van het aflopen van de eerste concessie.