19 - 01 - 1630
1Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
HHM resumeren het conceptantwoord op de propositie2 die op 4 jan. namens de
keurvorst van Keulen door
Johan van der Veecken,
meester in
de rechten en ordinaris agent van de keurvorst en voorzien van een
speciale geloofsbrief d.d. Bonn 7 dec. 1629, eerst
mondeling
is toegelicht en daarna op schrift is overhandigd. Na het
aanbrengen van enkele veranderingen is deze propositie aangenomen.
HHM bedanken de keurvorst voor zijn vriendelijke groet en wensen hem ook voorspoed en geluk.
Wat betreft het eerste punt over de inachtneming van de neutraliteit wijzen zij op de goede nabuurschap en neutraliteit die onophoudelijk tussen de landen heeft bestaan. HHM willen die handhaven en hebben plakkaten afgekondigd en die ook laten renoveren met het bevel aan de inwoners en de militie van dit land om de belangen van onderdanen van de keurvorst niet te schaden. Als ondanks alle toezicht daarop toch overlast is bezorgd en gewelddadigheden zijn gepleegd door enkele kwaadwillende soldaten tegen de goede intentie van HHM in, dan zal de RvS worden verzocht de ingediende bewijsstukken van die overtredingen te onderzoeken en de misstanden recht te zetten.
Op het tweede punt, over de vredesonderhandelingen met de vijand en de inmenging in rijkszaken, laten HHM ten eerste weten dat daarin door deze staat nog geen stappen zijn ondernomen en ten tweede dat zij besloten hebben met het Duitse Rijk de neutraliteit te onderhouden zolang er van andere zijde
geen aanleiding wordt gegeven die daarmee in strijd is.
Op het
derde
punt, over de te
Brussel ontworpen maatregel om
ongeregeldheden begaan door krijgsvolk tegen te gaan, verzoeken HHM
de
keurvorst vertrouwen te stellen in het door HHM
ingestelde
beleid om de rechtsorde te herstellen, belovend dat alle excessen
begaan door het krijgsvolk ten aanzien van neutrale buren zullen
worden
bestraft. Wanneer die worden vastgesteld, dient daarover
informatie
te worden toegestuurd zoals enkele malen eerder is gebeurd.
Het
ingestelde beleid zal op dit punt ongewijzigd blijven.
Op het
vierde
punt, betreffende de gedragingen van
Valeram,
zeggen
HHM toe deze in een strenge brief te zullen schrijven zich
behoorlijk te gedragen en geen aanleiding tot klachten te
geven. Hij mag daarnaast uitsluitend soldaten vorderen die een eed
aan
dit land hebben afgelegd en momenteel in dienst van het land
zijn.
Op
het vijfde punt, aangaande het visiteren van schepen, verklaren
HHM
dat ze dit omwille van het staatsbelang niet kunnen nalaten, maar
men
zal erop toezien dat gewelddadigheden die daarbij door het
krijgsvolk
worden gepleegd, achterwege blijven.
Op het zesde punt, de
verzochte
neutraliteit voor
Rijnberk
[Rheinberg] en het slechten van de
forten in de omtrek ervan en die van de
Papenmuts, verklaren HHM deze plaatsen
neutraal te zullen houden indien de vijand hetzelfde doet.
HHM
verzoeken
Van de Veken dit antwoord aan de keurvorst te
schrijven.
2
Jan Verbruggen, valkenier van Z.Exc., zal op zijn verzoek 1.400 gld. worden
betaald voor de inkoop van twee valken die
Verbruggen namens
HHM heeft geschonken aan de
koning van
Frankrijk.
3
Ontvangen is een brief met berichten van orateur
Haga d.d. Constantinopel [Istanbul] d.d. 10 nov. 1629.
Er wordt geen resolutie
genomen.
4
De extraordinaris gedeputeerden van de provincie
Holland hebben in aanwezigheid van
Z.Exc. en de
RvS
de hoofdzaken uit de
propositie herhaald die gisteren bij HHM was ingediend,
betreffende
het aannemen en de betaling van de gemaakte repartitie
van
de oude, lopende schulden van de Admiraliteiten over de jaren
1622
tot 1627. Daaraan wordt toegevoegd dat de nood van de vele
ingezetenen
van Holland die door wanbetaling van de schulden aan lager
wal
zijn geraakt, nijpend is en nog nijpender zou zijn geworden als de
Staten van Holland
niet zulk een
krachtige
resolutie hadden genomen,
die
ze HHM door extraordinaris gedeputeerden bekend lieten
maken.
Met
inachtneming van het advies van Z.Exc. en de RvS nemen, met
uitzondering van
Friesland, alle
provincies
de
repartitie naar vorm en inhoud aan, volgens het eerdere consent van
hun
principalen. De Staten van Holland wordt verzocht te continueren
met
de betaling van de militie te land, die deze provincie in de
staten
van oorlog zijn toegedeeld. Voorgesteld wordt de
Staten van
Friesland
te bezenden
en te verzoeken de repartitie en betaling van schulden samen
met
de
andere
provincies op zich te nemen. Deze bezending zou met brieven van
Z.Exc. ofwel
van HHM, Z.Exc. en de RvS
moeten worden ondersteund. De extraordinaris
gedeputeerden
van Holland zullen dit rapporteren aan hun principalen, op de
Landdag
bijeen.
5
Bartram van Aken wordt uit mededogen 6 gld. toegekend, uit te betalen door
de kamerbewaarder.
6
De memorie van agent
Bilderbeeck bericht dat vele in
Keulen woonachtige
kooplieden die hun goederen vandaar naar vijandelijk gebied willen
transporteren ten zeerste bereid zijn aan een daar door HHM
aangestelde ontvanger, konvooien te betalen. Voorwaarde is wel dat
deze voorkomt dat het krijgsvolk van dit land schade berokkent aan
de
goederen waarover dit middel betaald is.
Alvorens hierop te beschikken zal het advies van de aanwezige
gecommitteerden van de Admiraliteiten worden ingewonnen.