03 - 05 - 1630
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De
RvS
compareert en deelt mee dat enkele particulieren het geld dat ze eerder aan de Generaliteit hebben uitgeleend, terug willen hebben. De
ontvanger-generaal kan deze sommen niet door andere leningen vervangen. Zijn
krediet is zwak vanwege de herhaalde leningen en hij beschikt niet
over de middelen waaruit hij de teruggevorderde leningen korte
tijd
zou kunnen voorschieten. Tenzij HHM hem in deze moeilijke tijd te
hulp schieten, zal het krediet van de Generaliteit onvermijdelijk
teloor gaan. Dat zal het land niet alleen een grote slag
toebrengen,
het heeft mogelijk ook gevolgen voor het krediet van met name de
provincie
Holland
. De RvS stelt
desgevraagd voor om het benodigde geld te halen uit de helft van
het
geld dat is opgebracht voor de fortificatie van
Büderich en
Ruhrort, op
voorwaarde
dat dit geld door de provincies binnen zes weken wordt vervangen
uit de
staat van suppletie of uit het geld dat dient ter betaling van de
rente
waarom is verzocht.
Een besluit wordt uitgesteld.
2
HHM resumeren de brief d.d. 13 april van het stadsbestuur van
Emden. Tot voordeel van de Verenigde Provincies
alsmede tot veiligheid van Emden en de gewenste rust heeft het
stadsbestuur overste
Erentreiter tot
commandant
over het garnizoen te Emden aangesteld. Hij volgt zijn oude
vader op. Hierop zijn
verschillende retroacta nagezien. Deze brief zal met de retroacta
worden overhandigd aan de RvS om na overleg met Z.Exc. hierover
morgen
te adviseren.
3
Andries Pietersz., schipper uit Stavoren in Friesland, laat weten dat de
vijand in 1627 zijn schip genaamd Het
Postpaert heeft afgenomen in de haven van
Vlaanderen,
het
heeft opgebracht en aldaar heeft verkocht aan ene
Henrick
Lenaertsz. van Hamburg. De oorlogsschepen van deze landen
hebben Het Postpaert in 1629 op zee aangevallen en het aan de
Admiraliteit in het
Noorderkwartier
opgezonden.
Andries Pietersz. verzoekt hem het schip voorlopig onder
borgstelling terug te geven, opdat het door onbruik niet zal
vergaan.
HHM zullen de Admiraliteit schrijven dat indien het relaas van de suppliant met de waarheid overeenstemt, het schip moet worden getaxeerd door terzakekundigen. Vervolgens moet de suppliant de kapitein en de matrozen die het schip hebben opgezonden, betalen waarop zij recht hebben. Daarna moet de Admiraliteit de suppliant het schip meegeven onder borgstelling van de waarde (bovenop hetgeen aan de kapitein en matrozen is betaald) ten profijte van degenen die hierop recht hebben.
4
HHM lezen het verzoek van
Dirck Niesen, koopman te Schiedam. Hij zou van de
obligaties met
rente die zijn geconverteerd uit de ordonnanties die hij heeft ten
laste van de
Admiraliteit te
Rotterdam
,
graag
10.000 gld. afgelost zien in verband met zijn
penibele situatie als gevolg van het afbranden van zijn brouwerij
en
huis.
HHM zullen ondanks de resolutie van tegengestelde strekking ontvanger
Johan van IJck opdracht geven de suppliant in verband met diens rampspoed
10.000 gld. te betalen tegen
zijn obligatie van gelijke waarde, indien de situatie dat toelaat.
Op
het
krediet van het College zal een andere som van 10.000 gld. met
rente moeten worden geleend. Daartoe zal de
ontvanger akte van autorisatie worden verleend.
5
Philippe Chevais wordt ordonnantie gedepêcheerd ten bedrage van 750
gld. voor een half jaar huur van het huis waarin de
ambassadeur van Venetië logeert.
De vervaldag
was 1
mei.
6
Alphonse de Lopes, edelman van de Kamer van de koning van Frankrijk, wordt
gratis paspoort verleend om
uit
deze landen
Bartram de Bonnefoij
en een ander
van Lopes' dienaars naar de
koning
af te
vaardigen.
7
De gedeputeerden van
Holland wordt verzocht te adviseren over de lichting van zesduizend
waardgelders, alsmede de verschaffing van hun quote in de 400.000
pond,
in mindering te brengen op de legerlasten voor dit lopende jaar. De
RvS
heeft hierom bij petitie verzocht.
De gedeputeerden van Holland verklaren dat hun
principalen
zich momenteel over beide zaken beraden.
8
De provincie
Friesland
zal de ambassade naar
Moskovië waartoe bevolen is uitrusten met een persoon uit hun
provincie. De ambassade moet
zo spoedig mogelijk vertrekken.
Eck zal
volgens
een eerdere resolutie alleen deel uitmaken van de ambassade. De
gedeputeerden van
Holland verklaren verder niet
gelast
te zijn.
9
De ingelanden van de
Lovenpolder,
Goesschepolder en
Willemskerkepolder gelegen in het ambacht
Terneuzen in
Vlaanderen wordt
voor de
tweede maal een rekest civiel toegestaan, met volmacht aan de
Hoge Raad van Holland
in kracht
waarvan
nieuwe feiten naar voren mogen worden gebracht die
nodig
worden geacht ter ondersteuning van hun pretenties in het proces.
Deze feiten
zijn niet
eerder of niet op tijd naar voren gebracht.
10
HHM lezen het verzoek van de kapiteins
Haeften en
Baer. Hun compagnieën
zijn
voor betaling gerepartieerd op
Nijmegen,
Arnhem
en
Zutphen, elk voor een gedeelte. Zutphen betaalt
echter niet, maar verwijst ze door naar HHM.
HHM zullen de gedeputeerden van het
graafschap Zutphen
schrijven de kapiteins hun achterstallen te betalen. Ze mogen die niet op eigen gezag afwijzen.
11
Ontvangen is een brief van de
Admiraliteit in Zeeland
d.d. Middelburg 27 april en daarnaast een staat van schulden over de konvooien van de
VOC
aan de Admiraliteit.
Er wordt geen resolutie genomen.
12
Het met redenen omklede verzoek van voormalig majoor van het garnizoen te Breda
Cornelis Dirxsz. van Oosterhout om zijn traktement te behouden wordt
ingewilligd. Het gaat om 40
gld.
per maand voor een periode van een jaar, ingaand met het aflopen
van de
laatste toekenning.
13
Ontvangen is een brief van de
Admiraliteit te Amsterdam
d.d. 1 mei met een antwoord op de brief van HHM van 20 april aangaande het verzoek van
Lopes om
zonder
benadeling van het land achthonderd schippond touwwerk en
tweehonderdvijftig
stukken geschut uit te voeren naar
Frankrijk.
De Admiraliteit zal worden geschreven het touwwerk en de kanonnen onder de huidige omstandigheden niet te laten uitvoeren, totdat HHM hierover met kennis van zaken hebben besloten en haar de resolutie is toegezonden.
14
Jan van Hingen, schipper te Emmerik, verzoekt restitutie van het
licent dat
op 27 aug. door hem te
Nijmegen is betaald over
een
zekere hoeveelheid kaas, die daarna in opdracht van de
gedeputeerden van HHM
en de
commandant te
Wezel aan het magazijn
aldaar is geleverd. Voor iedere honderd pond heeft Van Hingen 25
st.
ontvangen. Volgens
hem
zou hem het licent worden
gerestitueerd.
Dit verzoek zal om informatie en advies naar konvooimeester
Jan van den Berch te Nijmegen worden gestuurd. Het gaat er met name om of de
suppliant het genoemde licent op de kaas niet te hoog in rekening
heeft gebracht en
daarbovenop de 25 st. heeft ontvangen.
15
Na resumptie wordt het verzoek van konvooimeester
Coppe t Nansum met het oog op de consequenties
afgewezen.
161
HHM resumeren het op 20 april ter vergadering van HHM ingebrachte voorstel van de
provincie Zeeland
. Zij wil de paspoorten intrekken van vijftien schippers naar aanleiding van hun kwalijke en onterechte verklaring over het naar
Spanje varen om zout, en een publiek verbod uitvaardigen om van de
vijand paspoorten te verkrijgen om daarmee
vrij
naar Spanje te varen. Het verbod geldt de algehele vaart op Spanje
en het
Spaanse Rijk.
HHM verbieden op straffe van het verbeuren van schip en goederen om paspoorten van de vijand te lichten om daarop naar Spanje te varen. De vaart op Spanje zal geheel verboden worden. Ze trekken de paspoorten aan vijftien zoutschepen in voor zover deze nog niet zijn vertrokken. Is dat al wel het geval, dan moeten deze schepen deze reis met rust gelaten worden.
172
HHM resumeren de brief van hertog
Augustus van Saksen d.d. 9 okt. 1629 en 9 april. De hertog wordt een paspoort
verleend voor twaalf tolvoeder rijnwijn.