4
Henrick van Munster tho Till, heer van Runen, verzoekt de door HHM op 22 juni gegeven
apostille op zijn
rekest te laten uitbreiden zodat de drost en
etten
van de Landschap
Drenthe en alle
andere betrokkenen
verboden wordt "pendente causa cognitione" direct of indirect iets
te
ondernemen tegen de privileges van de heerlijkheid
Ruinen.
HHM geven het rekest aan de afgevaardigden van Drenthe om daarop te reageren.
HHM lezen de remonstrantie van de afgevaardigden van de Landschap. Zij verzoeken HHM zonder hun kant van de zaak te horen niet te besluiten over de in het nadeel van de Landschap en tot vertraging van justitie ingediende rekesten van
Leffert Jansz. c.s. en de heer van Ruynen en hun medestanders. Bovendien
ontkrachten deze rekesten een op 20 aug. 1620 genomen
resolutie
aangaande de rechtspraak.
HHM geven deze remonstrantie aan Henrick van Munster en Leffert Jansz. c.s. om daarop te reageren.