30/06/1628, 12

 
English | Nederlands

30/06/1628, 12

12 Op voorstel van Schaffer laten HHM de RvS 90.000 pond van 40 groten per stuk van de Generaliteit aan de Staten van Groningen ten goede komen. De provincie heeft dit bedrag in 1627 voorgeschoten voor het onderhoud van achtduizend waardgelders. Conform de op 14 juni 1627 door Z.Exc. en de afgevaardigden van de verschillende provincies verleende akte moet het voorschot echter wel worden verrekend met enkele in 1626 en eerdere jaren voor de oorlog te land voorgestelde consenten.
De heren van Utrecht vragen een besluit hierover uit te stellen. De heren van Zeeland verklaren dat hun lastgevers zich net als de andere bondgenoten altijd hebben ingezet voor het land en daarmee willen voortgaan. De Zeeuwse Staten hebben echter ingestemd met de lichting van de genoemde achtduizend waardgelders op voorwaarde dat het daartoe benodigde geld zonder belasting van de provincies zou worden opgebracht. Op deze voet zou de 90.000 pond voor de Staten van Groningen mede op kosten van hun lastgevers komen, zodat de afgevaardigden hierover niet kunnen besluiten zonder toestemming van hun lastgevers. Zij willen hiertoe de kwestie opschorten, waarbij zij uitdrukkelijk verklaren dat over dergelijke zaken geen definitief besluit of meerderheidsbesluit kan worden genomen.