3
In een rekest meldt
Gysbrecht Leendertsz., schipper uit Vlissingen, met zijn schip in
Lillo te zijn ingehuurd door
Willem Taets,
heer van Gyssenburch. Hij heeft daar 's nachts met hem
gevaren onder de belofte schadeloos gesteld te worden voor alle
onkosten
en eventueel geleden schade indien hij door de vijand zou worden
veroverd. De vijand heeft de suppliant echter gevangengenomen en
hem
letsel toegebracht aan zijn arm. Tevens heeft hij zijn schip en
goederen verloren. De heer van Gyssenburch weigert nu zijn belofte
na
te komen. De suppliant verzoekt HHM te regelen dat Gyssenburch
of
diens goederen worden vastgehouden totdat deze aan de aanspraken
heeft
voldaan of tenminste voldoende borg heeft gesteld.
HHM laten de suppliant de aan te geven rechtsgang volgen.