20
Burgemeester
Berckel, gecommitteerd tot de wederzijdse gevangenenruil,
compareert. Hij vertelt dat
Willem
Worchmans, burgemeester te Geldern, en
Ambrosius Faes, burger van
Geldern, op
18 juni
1627 door enkele soldaten van de garnizoenen te
Grave,
Emmerik
[Emmerich] en
Rees in het bos bij
Meurs zijn gevangengenomen en in Grave zijn
gevangengezet. Op bevel van HHM zijn zij onder borgstelling
ontslagen.
Uiteindelijk heeft de RvS in een vonnis d.d. 31 dec. 1627 Worchmans
en Faes en hun
goederen in 's-
Gravenhage, waar hun zaak heeft
gediend, als rechtmatige buit beschouwd. Zij zijn
veroordeeld
tot de betaling van 2.000 gld. en de kosten, waartoe hun borg in
Nijmegen is ingevorderd. Aangezien Worchmans en
Faes
kennelijk
zijn inbegrepen in het op 3 juli 1627 te
Roosendaal
gesloten verdrag van de wederszijdse gevangenenruil, verzoekt
Berckel
HHM te regelen dat zij de genoemde 2.000 gld. terugkrijgen.
HHM geven de zaak in handen van de RvS. De Raad moet berichten hoe men deze kan herstellen of verdedigen.