6
In een rekest melden
Paul de Wilm en
Cornelis van Leeuwen
30.000 en 32.000 rijksdaalder tegoed te hebben van HHM. Deze
bedragen
hebben zij als voorschot op het subsidie aan de
koning van Denemarken
respectievelijk
betaald
aan commissaris
Van der Meede en
secretaris
Gunter. De Wilm en Van
Leeuwen verzoeken HHM de
ontvanger-generaal
te gelasten deze bedragen met de rente vanaf de vervaldagen
terug
te
betalen.
HHM besluiten dat de supplianten nog even geduld moeten hebben met de terugbetaling. Tot die tijd ontvangen zij de rente over de twee leningen vanaf de vervaldag. HHM verzekeren hun er bij de provincies op te zullen aandringen dat deze hun quoten in de overgebleven vervallen subsidie naar het kantoor van de ontvanger-generaal brengen, zodat de supplianten daarvan kunnen worden betaald.