3
De
president bericht Z.Exc. op de hoogte te hebben gesteld van de
gisteren genomen resolutie aangaande het vergeven van het eerste
vrijkomende kolonelschap over een regiment Schotten. Z.Exc. heeft
geantwoord erop te vertrouwen dat HHM met dit besluit niet proberen
zijn aanstellingsrecht van de kolonelschappen en andere functies
bij de
Nederlandse en vreemde regimenten en compagnieën te beperken.
Daartoe
heeft hij immers van oudsher de bevoegdheid. Desondanks vraagt
Z.Exc.
hun enkele heren uit de vergadering af te vaardigen om de resolutie
met
hem
te bespreken.
HHM laten de kwestie hierbij en nemen pas een besluit wanneer het geval zich voordient.
