18/01/1629, 3

 
English | Nederlands

18/01/1629, 3

3 Essen en andere gedeputeerden van HHM rapporteren dat zij met de gedelegeerde rechters in de zaak van Amboina [Ambon] en ambassadeur Joachimi vergaderd hebben om laatstgenoemde nauwkeurig informeren over de situatie in deze zaak. De rechters hebben meegedeeld dat de rechtsgang meer dan een jaar heeft stilgelegen, omdat de procureur van de Engelse aanklagers er geen werk van maakte. Hij klaagt geen geld te hebben om het proces vooruit te helpen, aangezien courtmeester Misseldun die eerder het geld verstrekte, daarmee is gestopt. De rechters voelen zich daarom bezwaard om zich over deze zaak uit te spreken.
De gedeputeerden van HHM zijn van mening dat voor de instructie van Joachimi alles moet worden opgezocht wat door HHM reeds is gedaan rond de commissie van de gedelegeerde rechters. Deze moeten op hun beurt een receuil opstellen van wat in deze zaak is gebeurd sinds hun aanstelling. Om het proces te versnellen, stellen de gecommitteerden voor de procureur van de Engelse aanklagers wat geld ter beschikking te stellen. Wanneer het proces in staat van wijzen is, zal men de rechters een gemotiveerd oordeel laten opstellen ter bespreking met HHM.
HHM zullen de procureur van de Engelse aanklagers ontbieden om van hem te vernemen wie hem opdracht heeft gegeven tot voortzetting van het proces. De overige punten worden in beraad gehouden.