05/07/1629, 7

 
English | Nederlands

05/07/1629, 7

7 Rantwijck rapporteert dat resident Carlaton klaagt dat de zaak van Amboina [Ambon] de laatste twee maanden niet is gevorderd. Men heeft hem geantwoord dat dat gebeurde op eigen verzoek, aangezien de hoop bestond dat de getuigen van de aanklagers vanuit Engeland hierheen zouden gezonden worden. Carlaton van zijn kant bracht daartegen in dat er nog andere zaken te doen stonden in dit proces. Verder wordt nog gemeld dat de resident de rechters, of toch de meerderheid daarvan, om opschorting had verzocht.
De zaak wordt daarbij gelaten.