26/03/1630, 20

 
English | Nederlands

26/03/1630, 20

20 De gedeputeerden van Zeeland hebben ter vergadering van HHM om een beslissing gevraagd inzake de door hun op 23 jan. ingediende remonstrantie. Daarin wordt HHM verzocht contractatie in de toekomst te verbieden. Bewindhebbers, hetzij van de Heren Zeventien of daarbuiten, zouden direct noch indirect goederen van de Compagnie mogen kopen. Dit zouden alle bewindhebbers, geen van de kamers uitgezonderd, met een eed moeten zweren. De gedeputeerden naar de Heren Zeventien zouden na overhandiging van hun geloofsbrieven aan de president voorafgaand aan de vergadering onder eed moeten beloven geen goederen te zullen kopen. De hoofdparticipanten van Zeeland dienen voortaan voor het vierde deel dat de provincie aandeel heeft in de Compagnie te participeren in de goederenhandel van de Compagnie.
HHM zullen schrijven aan de verschillende Kamers van de VOC op 1 juni hun gedeputeerden hierheen te sturen. Aan de Staten van Zeeland schrijven ze dat ze enkele klagende participanten in de genoemde Compagnie verzoeken op hetzelfde tijdstip iemand te committeren om op de genoemde punten ten overstaan van de anderen gehoord te worden. Op grond hiervan zal worden besloten.