26 - 03 - 1630
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
HHM besluiten in de brieven waarmee de provincies zal worden verzocht de vijftig compagnieën die in 1628 zijn gelicht te versterken, melding te maken van de 400.000 pond. Dit bedrag mag in mindering worden gebracht op de legerlasten waarom voor dit lopende jaar is verzocht.
2
De
graaf van Solms verzoekt de hoofdofficieren van het regiment onder zijn
gezag te voorzien van traktement. Het eerder opgestelde advies van
de
RvS wordt opgezocht.
3
De gedeputeerden van de verschillende provincies zullen er bij hun principalen op aandringen hun quoten in de maand soldij voor het ingekwartierde volk - in totaal 72.572 gld. - binnen drie weken te verstrekken aan het kantoor van ontvanger-generaal
Doublet.
4
Ontvangen wordt een brief van de stadhouder en raden van
Palts-Neuburg d.d. Düsseldorf 14 maart, met klachten over het
rigoreuze
optreden van overste
Gent.
HHM stellen deze brief ter beschikking aan de RvS.
5
HHM lezen het advies van de RvS d.d. 19 maart over het verzoek van
Hendrick van Meschede en
Anthony Tindel, op 9
maart bij HHM
ingediend. Zij vragen om een beloning voor de door hen
verrichte
diensten bij de verovering van de stad
Wezel.
HHM besluiten conform het advies het wat betreft Meschede te laten bij de vergoeding die hem reeds gegeven is. Zij
zullen hem voor bevordering aanbevelen.
Tindel
zal worden vereerd met een medaille ter waarde van 100
rijksdaalder,
die de
ontvanger-generaal zal
verzorgen. Ook hij
wordt voor
bevordering
aanbevolen.
6
Kapitein
De Loge verzoekt om uitstel van executie jegens
Gooswyn
Meurskens en om een verbod in de toekomst opnieuw een
rechtszaak in te stellen.
Dit verzoek gaat naar de RvS om na het horen van de partijen, hierover te besluiten.
7
Willebrort van der Burch verzoekt voor en in de stad ...1 een fortificatieplan te
mogen
uitvoeren en met het oog daarop benoemd te worden.
Dit verzoek wordt voor advies aan de RvS ter hand gesteld.
8
Op het verzoek om een traktement van
Jan Symonsz., koster van de Sint Janskerk te 's-Hertogenbosch, besluiten
HHM de gedeputeerden die
naar
's-
Hertogenbosch gaan te machtigen opdracht te
geven
de
suppliant in redelijkheid te belonen zonder kosten voor het land.
Zij zullen hem voorlopig 50 gld. geven.
9
Mr.
Walther Witeston, voormalig predikant van het Engelse regiment gekomen uit
Vlissingen en
Brielle, verzoekt
om betaling van zijn achterstallige gage.
HHM besluiten hier niet op in te gaan.
10
Anneken Tomas, weduwe van
Davidt
Williams, wordt uit
mededogen een som van 15 pond toegekend. Hiervan wordt
ordonnantie
gedepêcheerd.
11
De schout en het gerecht van
Besoijen verzoeken om in de
Meierij van
's-Hertogenbosch en op
andere plaatsen, zowel aan vijandelijke als aan deze zijde, enkele
magere beesten te mogen kopen om naar hun woonplaats te
drijven.
Daarmee zullen zij hun land bescharen. Zij willen bij het kantoor
alleen de beterschap aangeven als ze gevetweid zijn.
HHM zullen hierover het advies van de RvS inwinnen.
12
Cornelis Egbertsz.,
Phillips Egbertsz.,
alsmede
Barent Cornelisz. en
Theunisz
Phillipsz. wordt ieder de vrije uitvoer van twee
merriepaarden
toegestaan, om in het dorp
Meeuwen hun land te
bebouwen. Wel moeten ze borg stellen dat de merries niet naar
vijandelijk of neutraal gebied zullen worden vervoerd.
13
De voormalige raden en rechters in de kwestie
Amboina
[Ambon] vragen de gedelegeerde rechters in een met redenen omkleed
verzoek om expeditie van justitie.
HHM besluiten dit verzoek voor advies aan de gedelegeerde rechters te sturen en dringen aan op advies over de eerder toegestuurde brief.
14
Ter vergadering dient ambassadeur
Guzzoni uit naam van zijn principalen zowel mondeling als
schriftelijk de navolgende klachten
2 in.
Verschillende
Venetiaanse handelaars hebben het Hollandse schip Sint
Nicolaes, toebehorend aan reder
Nicola
Artmans met bemanningsleden en officiers, bevracht met
erg
waardevolle goederen bestemd voor
Alicante,
Cartagena,
Málaga,
Cadiz en
Sint Lucas
[Sanlúcar de Barrameda]. Na
een
deel
van de goederen te hebben ontscheept in Alicante,
Cartagena en Málaga, is de rest (waarvan de waarde wel 70.000
florijnen beloopt), in plaats van naar Cadiz of Sint Lucas voor
eigen voordeel naar de Republiek vervoerd.
Venetië protesteert bij HHM krachtig tegen deze gang van zaken en is er zeker van dat HHM een dergelijk buitensporig verzuim
van hun onderdanen tegen een bevriende en geallieerde vorst zullen onderzoeken, afdoende maatregelen zullen treffen
tegen een dergelijke wanordelijkheid en erop zullen toezien dat
deze
goederen niet worden gedistribueerd, maar geheel worden
gerestitueerd. HHM kunnen in soortgelijke omstandigheden rekenen
op
dezelfde behandeling en promptheid van de republiek Venetië,
die
HHM
te allen tijde de goede vriendschap heeft bevestigd.
HHM
besluiten informatie bij de
Admiraliteit
in Zeeland
in te winnen.
15
Otto Maillart,
Cornelis van Diemen en
Wynant
Adriaensz. van der Graft verzoeken om betaling voor hun
wagendiensten in het leger in 1625, 1626 en 1627.
HHM zullen de
ontvanger-generaal daarover morgen horen.
16
Fiscaal
Castricum en secretaris
Ferdinand
Aleman verzoeken
om betaling van de proviandkosten in de kajuiten van
de scheepskapiteins.
HHM winnen hierover het advies van de
Admiraliteit te Rotterdam
in.
17
Door de gedeputeerden van
Holland wordt toegestemd in een uitwisseling met de vijand van
de wederzijdse gevangenen te water.
Een besluit wordt opgeschort.
18
Die van
Doel
[Beveren] verzoeken de opbrengsten van hun land alsmede hun vee te
mogen vervoeren naar vijandelijk gebied.
Hierover zal het advies van de RvS worden ingewonnen.
19
In de vergadering wordt secretaris
Huygens gehoord. Hij heeft aan HHM een brief overhandigd van de RvS
betreffende de toestemming van de
Staten van
Utrecht
aan mr.
Willem van
Dam en
Peter de Goyer om in deze
provincie te
verblijven. Dit is in strijd met het vonnis van de RvS dat op 5
okt.
1629 in hun beider nadeel is gewezen.
HHM besluiten de Staten van Utrecht een kopie van de genoemde brief te sturen. Zij zullen schrijven met verwondering te hebben kennisgenomen dat de Staten ondanks de aanmaning van HHM, toestemming hebben verleend. De Staten van Utrecht wordt verzocht de toestemming in te trekken, in verband met de verstrekkende consequenties.
20
De gedeputeerden van
Zeeland hebben ter vergadering van HHM om een beslissing gevraagd
inzake de
door hun op 23 jan. ingediende remonstrantie. Daarin wordt HHM
verzocht contractatie in de toekomst te
verbieden.
Bewindhebbers, hetzij
van de
Heren
Zeventien
of daarbuiten, zouden direct noch
indirect goederen van de Compagnie mogen kopen. Dit zouden alle
bewindhebbers, geen van de kamers uitgezonderd, met een eed moeten
zweren. De gedeputeerden naar de Heren Zeventien zouden
na
overhandiging van hun geloofsbrieven aan de president
voorafgaand aan de vergadering onder eed
moeten
beloven geen goederen te zullen kopen. De hoofdparticipanten
van
Zeeland dienen voortaan voor het vierde deel dat de provincie
aandeel heeft in de Compagnie te participeren in de goederenhandel
van
de
Compagnie.
HHM zullen schrijven aan de verschillende Kamers van de VOC op 1 juni hun gedeputeerden hierheen te sturen. Aan de
Staten van Zeeland
schrijven ze dat ze enkele klagende participanten in de genoemde Compagnie verzoeken op hetzelfde tijdstip iemand te committeren om op de genoemde punten ten overstaan van de anderen gehoord te worden. Op grond hiervan zal worden besloten.