20 - 04 - 1630
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Stephanus Bornemissa, student in de theologie en medicijnen te Leiden, verzoekt
om bijstand om zijn studie te kunnen vervolgen.
HHM kunnen niet op het verzoek ingaan.
2
HHM lezen de namens de stad
Bremen ingediende memorie. De
Admiraliteit te
Amsterdam
maakt bezwaar om ten behoeve van Bremen
honderd
last rogge te laten uitvoeren op het paspoort dat op 16 jan. door
HHM
is verleend.
HHM zullen de Admiraliteit schrijven de honderd last te laten uitvoeren, ondanks het strikte uitvoerverbod van tarwe en rogge. Deze toestemming als antwoord op de propositie van de afgezant van Bremen is namelijk al openbaar gemaakt.
3
Ontvangen is een brief met berichten van resident
Aissma d.d. Gitschin 16 maart o.s., ten huize van de
hertog
van Friedland in Bohemen.
Er wordt geen resolutie genomen.
4
Ontvangen is een brief met berichten van
Langerack d.d. Parijs 12 april.
Er wordt geen resolutie genomen.
5
President
Beaumont deelt ter vergadering mee dat volgens Z.Exc. het leger
niet te velde kan trekken voordat de compagnieën ruiters
van
Rouillac en
Tomas
Lucas
zijn betaald. Ook moeten de achterstallen van de dertien
compagnieën
infanterie die eerder op
Gelderland
en
Holland
zijn gerepartieerd, worden betaald. Ten derde moet de beloofde
maand soldij aan de ingekwartierde troepen snel worden
betaald.
HHM besluiten op het eerste en tweede punt af te wachten of de lening van 55.000 gld. doorgaat waartoe door middel van een resolutie op 12 april is besloten. Daaruit kunnen de twee maanden gage voor de twee vanen cavalerie en dertien compagnieën infanterie worden betaald. De extraordinaris gedeputeerden van
Zeeland verzoeken nadrukkelijk om een staat van ontvangsten
van de vijandelijke contributies, omdat het consent van hun
principalen
voor het onderhoud
van de genoemde twee vanen ruiters
hiermee samenhangt. Beaumont zal commies
Verhaer
opdragen zo spoedig mogelijk een staat van de totale ontvangst van
contributies op te stellen. Op het derde punt wordt de
gedeputeerden van
Holland verzocht de quote van de
provincie in
de
maand soldij zo snel
mogelijk te verschaffen.
6
De genomen resolutie over de kwestie
Jan Pissaut wordt geresumeerd.
HHM blijven bij hun resolutie.
7
HHM lezen de depositie van luitenant
Stierman, hoogbootsman en schieman van kapitein
Pieter
Emmekens, over het vermeende wanbeleid van
laatstgenoemde ten aanzien van de vijand
op zijn laatste thuisreis van
Le Havre.
De
griffier moet
Pieter Punt,
passagier aan boord
van dat schip, door middel van een
persoonlijke brief oproepen om over
het optreden van de kapitein gehoord te worden.
8
HHM horen conform hun resolutie van gisteren het rapport van
Beaumont naar aanleiding van het overleg met Z.Exc. over de memorie
van
Lopes.
HHM staan Lopes na betaling van 's lands rechten de uitvoer van de navolgende materialen toe: vierduizend kogels, duizend blanke en tweeduizend grauwe rustingen, drieduizend musketten, duizend hellebaarden, tweehonderdduizend pond lonten, tweehonderdduizend pond lood, honderdvijftigduizend pond tin, tweehonderdduizend pond koper en honderdvijftig last pek en teer. Alvorens te besluiten over de uitvoer van tweehonderdvijftig ijzeren stukken alsmede achthonderd schippond touwwerk zal het advies van de
Admiraliteit te Amsterdam
worden ingewonnen.
9
Kolonel
Haij, zijn kapiteins en andere officieren van zijn regiment
verzoeken om terugbetaling van de rente die zij over de
laatste maand soldij hebben betaald voor het onderhoud van hun
compagnie. Verder verzoeken ze om een onkostenvergoeding vanaf het
moment van cassatie tot de uiteindelijke betaling.
HHM gaan niet in op het verzoek.
10
Er zal een algemene vasten- en bededag worden uitgeschreven, maar de datum daarvan is nog niet vastgesteld.
11
De
Directie van de Levantse Handel
schrijft d.d. Amsterdam 18 april over de betaling van de in 1626 voor dr.
Pynaecker door voormalig agent
Verhaer te
Tunis opgenomen 512 realen van achten.
De
griffier zal hierop letten bij het extenderen van de resolutie en de
afrekening van Verhaer.
12
Willem Brasser en
Eck, gecommitteerde
raden ter
Admiraliteit te Rotterdam
,
geven ter vergadering kennis van de moeilijke financiële
situatie
van dit College. Zij verzoeken om 60.000 gld. ter betaling van de
buitgelden
van
de matrozen ter voldoening van de door de kapiteins op de vijand
veroverde buit, die door deskundigen ter taxatie en
schikking is aangenomen. De Admiraliteit laat
weten
dat
Gelderland
het College nog
34.000
pond
schuldig is over zijn quote in het tweede miljoen van 1629,
de provincie
Overijssel
22.000
pond,
Utrecht
31.000 pond,
Friesland
18.400 pond en de
Generaliteit 25.000
pond.
HHM zullen er bij de provincies op aandringen hun tekorten aan te zuiveren. De
ontvanger-generaal wordt nadrukkelijk opgedragen de genoemde 25.000 pond aan de
genoemde Admiraliteit uit de eerste te ontvangen gelden te
betalen.
13
Dirck Jansz. Laegerlandt, burger te Delft, wordt ordonnantie verleend voor 300 gld.
aan onkosten voor een jaar eten en drinken voor
Lauweris
de
Maerschalck, voormalig rechter in
Amboina
[Ambon]. HHM gaan niet in op het
punt
van de voorgeschoten honderdvijftig gld. aan Maerschalk.
14
President
Beaumont verklaart dat de
Staten van
Zeeland
de hoofdparticipanten hebben gehoord naar aanleiding van het
laatste
aanschrijven van HHM over de vergadering voor hoor en wederhoor
contra
de bewindhebbers van de
Admiraliteit in
Zeeland
over contractatie en
aanverwante
zaken. Ze gaan ermee akkoord dat de genoemde dag van 1 juni naar
half
mei wordt verplaatst.
HHM zullen de vergadering voor half mei uitschrijven en de betrokkenen daarover inlichten.
15
Ter vergadering zijn de extraordinaris
gedeputeerden van Zeeland
Joost van der Hooge en
Adriaen Nicolai
gecompareerd. Na
overhandiging van hun
geloofsbrieven d.d. 17 april maken ze HHM bekend dat ze
geïnformeerd
zijn dat verschillende ingezetenen van deze landen een vrij
paspoort van de
Infanta van Spanje
hebben
verkregen
en vele anderen daar alsnog van in het bezit trachten te komen. Zo
kunnen zij vrij
en ongehinderd op
Spanje en
Portugal
varen en aldaar handelen. Daarnaast hebben enkele kooplieden van
HHM
toestemming gekregen om met vijftien schepen veilig van hier naar
genoemde landen
te varen om zout te halen ten behoeve van de grote visserij en
haringvangst. Volgens de gecommitteerden van
Zeeland tast het de reputatie van dit land aan
dat
ingezetenen zonder
medeweten van de regering een paspoort van de vijand trachten te
verkrijgen.
Bovendien is de vaart van de ingezetenen van dit land op Spanje
in
deze tijd zeer nadelig voor dit land, met name
voor de
WIC
. Want het staat
wel vast
dat
de
vijand de vaart op Spanje niet toestaat uit goede bedoelingen,
maar
vanuit eigenbelang. Nu wordt bij alle ontmoetingen hulp geboden, om
na van de WIC mededelingen over het succes van haar vloten
verkregen
te
hebben, deze op een onvoorzien
moment
aan te vallen en haar afhandig te maken wat met grote kosten
en
gevaar is verworven. Op deze wijze zullen alle plannen van de
WIC
gedwarsboomd worden. Dit is nog meer te vrezen omdat het de
koning van
Spanje aan schepen uit het
Oostzeegebied zal
ontbreken,
die eenmaal
gelost, naar huis worden gezonden.
Van der Hooge en Nicolai verklaren verder
omstandig dat zout voor de haringvaart niet zo schaars is dat de navigatie op
Spanje dient te worden opengesteld. De
haringvaart kan langs andere wegen aan het benodigde worden
geholpen.
De vijftien schepen kunnen bovendien in geen enkel geval zijn teruggekeerd
voor
het vertrek van de haringschepen het komende vangstseizoen. De
gedeputeerden
verzoeken daarom de verleende toestemming aan de vijftien schepen vanwege hun kwalijke en onterechte verklaring in te trekken en publiek het
verkrijgen van paspoorten van de vijand en het varen naar Spanje en
andere rijken van de koning van Spanje, te verbieden.
HHM zien het formulier van de op gezag van de koning van Spanje verstrekte paspoorten na. Ook resumeren ze het verzoek dat vergezeld gaat van een brief van de burgemeesters van
Amsterdam waarop HHM de toestemming eerder verleend hebben. Deze
kwestie wordt opgeschort. De gedeputeerden van
Holland
zeggen toe deze kwestie te zullen bespreken met hun
principalen
tijdens
de
eerstkomende Landdag.
Eysinga en
Schaffer verzoeken dringend om
onmiddellijke
intrekking van de verleende
toestemming naar Spanje te varen om zout te halen, en om daar
in het vervolg op gepaste wijze in te voorzien.