Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 8

04/11/1922

zaterdag 4 november 1922

Een drukke veertien dagen achter den rug! In de Kamer de wijziging Stoomwet en de Arbeidsgeschillenwet. Beide aangenomen! ’t Meest verbaasde me dit van de Stoomwet. Er was algemeene oppositie tegen en ’t kon mij niets schelen: tweeënhalf ton van mijn begrooting afgewenteld op de industrie. Niet onbillijk, maar in dezen tijd van malaise toch ook allesbehalve sympathiek. Ik won ’t tenslotte nog met elf stemmen meerderheid. Ik had er vast opgerekend dat dit ’t eerste wetsontwerp was dat ik aan mijn pantalon zou krijgen. Nu in de Eerste Kamer? Ik vermoed dat die ’t wel verwerpen zal.

            Met heel wat meer warmte heb ik de Arbeidsgeschillenwet verdedigd. Ook daar was groote oppositie tegen. Van  verschillende[47] kanten waren er adressen ingekomen om aanneming te ontraden. Ook de sociaal-democraten waren ertegen. Ik heb ’t blijkbaar goed verdedigd en met de amendementen nogal handig gemanoeuvreerd: resultaat: aangenomen met slechts elf stemmen tegen! De geheele rechterzijde en alle vrijzinnig- en sociaal-democraten stemden tenslotte vóór! Verschillende leden kwamen me met het ook door hen niet verwachte succes gelukwenschen.

            Deze week de memorie van antwoord op hoofdstuk I der staatsbegrooting vastgesteld. ’t Moeilijke punt was: de handelspolitiek. De rechterzijde wil wel den kant der protectie op, De Geer beslist niet. Ruijs zat ermee en vroeg mij of ik niet een concept-antwoord wilde opmaken. Ik deed dit. De Geer was ’t er niet mee eens, maar zelf een antwoord ontwerpende, nam hij grootendeels mijn redactie over. Ik stelde nog eenige wijzigingen voor die hij alle overnam. En zoo waren we ’t eens!  Donderdagavond van acht tot twaalf ministerraad om ’t geheele antwoord vast te stellen. ’t Ging nogal vlot en over de geheele lijn kwam er overeenstemming.

            Dinsdag beginnen de algemeene beschouwingen in de Tweede Kamer. Dinsdag over acht dagen interpellatie-Van den Tempel over de werkloosheid. Woensdag heb ik daarover ’n conferentie met Finantiën: ik hoop dat we ’t eens worden. Ook begint dinsdag over acht dagen de behandeling van mijn begrooting in avondvergaderingen. Zwaar werk, overdag algemeene beschouwingen! Enfin, dan ben ik er voor [december af en ga ik eens ’n paar dagen in Heerlen uitblazen, tenzij … ’t misloopt!

            Morgen komt Piet voor ’t eerst thuis: z’n trimesterdag. Ik verheug me er zeer op hem weer eens thuis te hebben. Hij blijft ’t bijzonder goed maken. Lou is ook weer heelemaal beter en al weer uitgeweest.][48] [319]

[47] Op deze plaats zijn vier bladzijden uit het manuscript verwijderd, maar daarna weer los teruggeplaatst.

[48] De voorgaande passage tussen teksthaken is in het manuscript met potlood doorgehaald.

uit: Dagboek VIII (4 december 1920 tot 5 april 1923)