Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 6

08/07/1918

maandag 8 juli 1918

Ik heb er nog eens goed over nagedacht. Maar het vormen van een nationaal-gemengd kabinet lijkt mij toch ook groote bezwaren en gevaren met zich mee te brengen. Van een principieele politiek geen sprake, maar alle élan gaat er dan bij de kiezers uit. Ze zullen ’t ook moeilijk kunnen begrijpen dat er nu rechtsche mannen rustig naast linkschen gaan zitten. En een groot deel van de verantwoordelijkheid houden we tòch. Bovendien, wanneer na vier jaren de rechterzijde in de minderheid komt, vindt zij dan eigenlijk wel een meerderheid tegenover zich? Alleen een heterogeen allegaartje, tot regeeren onbekwaam. Dus –

In dien geest heb ik vandaag een groot artikel voor ’t Katholiek Sociaal Weekblad geschreven en het vanavond met Aengenent besproken. Hij was ’t er geheel mee eens.

Hoe de zaken staan is niet duidelijk. Officieel is ze niet verder gevorderd dan dat de koningin heden de partijleiders der rechterzijde heeft gehoord. De bladen gaan  voort met ’t noemen van namen. Zoo noemde vanavond Het Vaderland vier katholieken: Ledeboer (Justitie), Koolen (Finantiën), Bongaerts (Waterstaat) en Stulemeyer (Crisiszaken). Kan ook wel waar zijn.

Aengenent hoopte maar dat ik Landbouw, Nijverheid en Handel zou krijgen. Hij dacht er geen seconde over: ik móést aannemen! Nu, zoover is ’t nog niet. Trouwens, er zijn liefhebbers genoeg en mijn ambt in Delft zou ik toch ook niet graag verlaten. Ofschoon – wèrd ’t me aangeboden, ik zou, geloof ik, toch aannemen.

uit: Dagboek VI (5 november 1915 – 12 november 1918)