vorige (18-8-1925) | | volgende (27-10-1925) | kalender |
dagboekcahier 9 10/09/1925 donderdag 10 september 1925 Mijn bezoek aan den aartsbisschop op zaterdag 22 augustus heeft een bijzonder gunstig resultaat gehad. Na een half uurtje gepraat te hebben over Het Centrum, stond monseigneur op, vatte mijn handen beet en zei: ‘Gij weet, dat ik altijd veel van u gehouden heb. Ik zal alles doen om u te steunen.’ Hij vroeg of er geld noodig was? Ik zei: ‘O ja, ik moet deze maand nog 20 mille hebben! Maar daar kom ik niet voor. De voorwaarde die u gesteld hebt: dat ik 190 mille moet geplaatst hebben dat u dan de laatste tien mille zoudt geven, is nog in lange niet vervuld.’ ‘Nu, ik zal eens kijken wat ik missen kan.’ En toen kwam monseigneur terug met tien bankjes van duizend! ‘Nu moet gij niet denken, dat gij dat elken keer, als gij bij me komt, dat krijgt!’ lachte hij. Ik was zeer geroerd. ’s Middags kwam Ledeboer namens het steunsyndicaat bij hem. Monseigneur gaf hem deze schriftelijke verklaring mee: Kennis genomen hebbende van het voornemen van het comité bijeengekomen om te trachten Het Centrum en daarmee samenhangende dagbladen in stand te houden, verklaren Wij de instandhouding van die bladen een algemeen katholiek belang te achten en bevelen op dien grond aan, dat comité krachtig te steunen. Utrecht, 28 augustus 1925 w.g. [H.] van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht.’ De datum is 28 augustus, omdat monseigneur een vormreis ging maken en het stuk eerst daarna teekende. Ariëns en Poels hadden een dergelijk aanbeveling verlangd om daarmee verschillende onderwijscongregaties te bezoeken. Anders verwachtten ze geen succes. Ik ben benieuwd, of ze ’t nu zullen hebben! Poels is nog naar Defoer geweest. Geen resultaat: Defoer wilde wel aandeelen nemen in een nieuwe maatschappij, die de kranten overnam, nadat Futura en Het Centrum failliet waren verklaard! Inderdaad zou dat finantieel een prachtzaak worden, alhoewel nooit zoo mooi als de H.V.A., waarvan hij commissaris is! Vrijdag 28 augustus zou ik een onderhoud met Schröder hebben.’s Morgens liet [hij] me weten, dat hij onverwacht op reis was gegaan en eerst 10 september zou terugkomen. Bongaerts had me gezegd, dat hij van hem een halve ton verwachtte! Als dat eens waar was! Dan schoot ik op! Gisteren weer eens vergadering van het steunsyndicaat. Helaas: Bongaerts, Barge en Schweitzer waren afwezig. Alleen Ledeboer en Van Schaik waren er. We schoten dus niet veel op. We hebben hoofdzakelijk verschillende juridische questies behandeld. Gisteren heeft de verkoop der machines van Futura plaatsgehad. De taxatie was f 30.000. De volgende week wordt ’t fonds der boeken verkocht. Vermoedelijk gelijke opbrengst. Zoo krijgen we dus voorloopig contanten! ’t Is hard noodig, niet alleen om te betalen, maar vooral om te werken. Ik schrijf nu elken dag één of meer langere of kortere artikelen in Het Centrum en ze worden grif in de geheele pers overgenomen. Verschillenden schrijven me: ik lees ’t Centrum nu weer met pleizier. Er komen ook, ofschoon de colportage nog moet beginnen, uit eigen beweging nieuwe abonnés bij. Ook de advertenties nemen toe. ’t Is hard werken, veel reizen en trekken. Doch ik ben weer vol moed! Als Onze Lieve Heer zijn zegen wil schenken, kom ik er! |
uit: Dagboek IX (7 april 1923-2 november 1932) |