Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 7

12/02/1920

donderdag 12 februari 1920

Vanavond staat in De(n) Maasbode een lang bericht, waarvan echter de korte inhoud is dat het bisdom ’s Bosch zich van de Katholieke Sociale Actie afscheidt en een eigen centraal bureau gaat oprichten.  Alles, behoudens goedkeuring van den bisschop van ’s Bosch. Maar ’t is niet aan te nemen dat dit bericht zou gepubliceerd zijn, wanneer men niet vooraf van die goedkeuring verzekerd was.

            ’t Is werkelijk fraai! Zoo wordt achter mijn rug om mijn werk van vijftien jaren, gedurende den korten tijd dat ik minister ben, afgebroken. Zoolang ik aan ’t hoofd van de Katholieke Sociale Actie stond zijn al deze pogingen van den aanvang af ondernomen en telkens weer herhaald steeds mislukt. Nu ik ‘weg’ ben, zetten ze door. Dit is de oude oppositie van de tegenstanders der katholieke vakorganisatie. Ik begrijp me maar niet dat de bisschoppen dit niet inzien. Of liever: Haarlem en Utrecht zien ’t wel degelijk goed in, maar zij schijnen de kracht en het doorzettingsvermogen te missen om tegen deze camarilla in te gaan.

            Mutsaers triumfeert! Evenals zijn vader in de dagen van Schaepman de katholieke partij vermoord heeft door de ‘Brabantsche motie’, zoo geeft zijn zoon nu den doodsteek aan onze centrale sociale organisatie.  Waarom? Ik kan er niet bij, tenzij ze nog steeds van plan zijn om tenslotte hun aanval op de katholieke vakorganisatie te richten en door te zetten, dat deze ‘interconfessioneel’ worde! Dan zijn dit niet anders dan voorbereidende maatregelen om mij mijn invloed te ontnemen, tegen dat ik weer ‘terug’ kom! IJdele berekening! Alsof ik daarvoor deze organisatie noodig hadde! Ik heb nu Het Centrum, de Voorhoede en ’t Katholiek Sociaal Weekblad tot mijn beschikking. Zeker, tegen Het Centrum hebben nu deze zelfde heeren de Volkskrant opgericht. Tegen ’t Katholiek Sociaal Weekblad een maandschrift Het Roer. Maar wat zou dat? Tegenover ‘Futura’ werd eerst Paul Brand, nu Teulings gebruikt. Maar wat ze ook doen: Centrum, Voorhoede, Katholiek Sociaal Weekblad en Futura, ze bloeien! En mijn persoonlijke invloed – als mijn arbeid als minister zoo gezegend blijft (Stork, vrij-liberaal, noemde me de vorige week in de Eerste Kamer: de sterkste man in het kabinet!) – dan zal na mijn aftreden mijn invloed eer gestegen dan gedaald zijn. Het stond al  bij me vast wat ik na mijn aftreden ga doen: ik word naast Steenhoff hoofdredacteur van Het Centrum en stel me weer beschikbaar voor de Tweede Kamer. En dan wil ik zien, dat ze iets tegen me doen met al hun achterbaksch gepruts!

            Er dreigt een groote staking in het transportbedrijf. Maandag breekt ze uit, tenzij ik nog bemiddeling kan krijgen. Ik ben al veertien dagen daarmee bezig. De arbeiders willen wel. Vandaag vernam ik dat niet alleen de sociaal-democraten, maar ook de ‘vrijen’ mijn bemiddeling zouden willen. Ook verschillende werkgevers zouden ’t wel graag zien. Alleen – de voorzitter van den Loonraad, Nijgh, schijnt den strijd te willen. Ik heb echter aan beide partijen doen weten dat als ik maar onderhands bericht krijg dat ze mij als bemiddelaar willen, ik bereid ben openlijk de eerste stap te doen en mijn bemiddeling aan te bieden.

            Er is ook een groot conflict tusschen het Mijnfonds en een zestig dokters. Ook daar heb ik op gelijke wijze gehandeld. Eerst wilde het  fonds mij wel, de dokters niet. Nu heeft ’t fonds een ultimatum aan de dokters gesteld dat vandaag afloopt. Nu belde mij zoojuist dr. Sikkel, voorzitter van de Maatschappij van Geneeskunde op die me meedeelt dat ’t fonds het ultimatum handhaaft, en dat nu de dokters me dringend verzoeken als bemiddelaar of arbiter op te treden. Maar ik vrees dat nu ’t fonds niet meer wil!

            Morgen komt mijn begrooting in de Eerste Kamer. Tot vanmiddag was alleen ingeschreven De Waal Malefijt; die komt met allerlei bezwaren over de werkloosheidsverzekering! Ik ben voldoende geladen!

            Zaterdag moet ik den Hoogen Raad van Arbeid installeeren. Gisterenavond heb ik mijn redevoering zelf opgesteld. De secretaris Jitta had ’n concept gemaakt dat me veel te droog leek. Ik heb ’t nu maar zelf gedaan. Mr. Westhoff, chef van de afdeeling Arbeid, dien ik mijn concept vanmorgen liet keuren, was er enthousiast over.

uit: Dagboek VII (12 november 1918 tot 20 november 1920)