vorige (10-7-1947) | | volgende (23-8-1947) | kalender |
dagboekcahier 12 25/07/1947 vrijdag 25 juli 1947 [Dinsdag 22 juli was ’t onzen 49e trouwdag: wij zijn ons 50e jaar ingetreden! ’t Was ’n gezellige dag. Frans en An, Stan en Lou kwamen eten. Zuster Reinilda had voor een feestmaal gezorgd. En ’s avonds kwamen nog Piet en Guusje. ’t Was gezellig, maar ook ernstig: ’t was tevens een afscheidsmaal voor Frans, die half augustus naar Nederlandsch-Indië vliegt om voor drie jaren rechter te Medan of Palembang te worden. Dus mijn illusie, dat we in 1948 op onzen gouden bruiloft al onze kinderen en kleinkinderen, evenals in 1938 om ons vereenigd zouden zien, is al verdwenen.][10] Maar zal die reis wel doorgaan: zondag 20 juli deelde de regeering in de radio mede, dat zij aan dr. van Mook opdracht had gegeven tot militair-politioneel optreden in Indië, speciaal op Java en Sumatra. Eindelijk! ’t Was allang duidelijk, dat ’t ertoe zou moeten komen. Met Soekarno cum suis, die even onbetrouwbaar als machteloos bleken, was niet samen te werken. Toch heeft de regeering, met eindeloos geduld, ernaar gestreefd. Ik kan me begrijpen, dat men voor deze uiterste beslissing terugdeinsde. Wat zou de houding van Engeland en de Vereenigde Staten zijn? Mijns inziens had men met deze lui nooit moeten onderhandelen. Feitelijk waren zij toch oproerlingen en ze hadden met de Jappen samengewerkt. Maar zouden toen Engeland en Amerika gewapend optreden hebben toegelaten? Ongelukkigerwijs had men de zaak geheel in handen gegeven van Schermerhorn, een praatjesmaker die zichzelf een staatsman acht. Maar nu is ’t toch zoover gekomen! Moge nu dit optreden, hoewel laat gekomen, toch niet blijken te laat geweest te zijn. We denken nu ook aan onzen oudsten kleinzoon, [Wim Bielders, die onmiddellijk na de bevrijding van Breda zich vrijwillig als matroos derde klas meldde en nu al opgeklommen is tot adelborst. Hij vaart nu al twee jaren in de Indische wateren. Moge hij behouden terugkeeren!][11] In deze eerste week zijn de operaties goed verloopen. Mogen ze spoedig leiden tot een bevredigende oplossing! Ik zit onderwijl te werken aan mijn stuk over koningin Wilhelmina voor ’t gedenkboek-1948. |
uit: Dagboek XII (7 augustus 1946- [26 november 1947]) |