Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 6

26/01/1916

woensdag 26 januari 1916

Morgen is het een kritieke dag van den eersten rang in de Kamer. Waarschijnlijk zal minister Treub worden afgemaakt! De linkerzijde had een mooi plan: de ouderdomsrente moet zoo spoedig mogelijk behandeld worden, dan kan ze door de Eerste Kamer net verworpen zijn vóór de statenverkiezingen in juni. Er is dan een klein kansje dat de Staten in zooverre omgaan dat bij een ontbinding der Eerste Kamer daarin een, zij ’t kleine, linksche meerderheid kan worden verwacht. Een niet onlistig plan.

            Maar … daar komt Treub en werpt het  pardoes in duigen. Hij heeft aan den voorzitter meegedeeld dat hij niet bereid is de ouderdomsrente te behandelen, vóórdat het voorloopig verslag over verschillende nieuwe belastingontwerpen, waaronder de pensioenbelasting, is uitgebracht; terwijl hij bij voorbaat aankondigde dat hij de ouderdomsrente in de Eerste Kamer niet zou willen behandelen, vóórdat die belastingen in de Tweede Kamer waren gevoteerd. Nu is de kneep dat ze links zoo weinig mogelijk nieuwe belastingen vóór die verkiezingen willen aannemen en dat in elk geval de sociaal-democraten reeds thans verklaard hebben dat ze tegen de pensioenbelasting zouden stemmen. Daar zitten de heeren dus!

            Nu is echter de vraag: is ’t zuiver spel van Treub? Hij schijnt een conflict te zoeken. ’t Is een vieze historie. Hij heeft van zijn derde vrouw ook al weer genoeg en houdt ’t nu – ’t is algemeen bekend – met een mevrouw De Boer te Amsterdam, een  kleindochter van de tooneelspeler Judels. Men zegt dat hij al amant nummer vijf is, terwijl die meneer De Boer een chique souteneur is. Treub heeft hem – kassier – boven water gehouden, op voorwaarde, dat hij zich een eisch tot echtscheiding zou laten aanleunen; deze procedure is loopende. Maar mevrouw Treub wil niet scheiden. Treub schijnt zich nu met mevrouw De Boer te Parijs te willen vestigen. Onderwijl heeft hij als minister van Landbouw den zoon van mevrouw De Boer benoemd tot ambtenaar aan ’t Bureau van de Industrieele Eigendom, de schoonzus van mevrouw De Boer benoemd tot collectrice van de Staatsloterij te Delft, terwijl hij persoonlijk getracht heeft meneer De Boer onder dak te brengen in ’t groote bankiershuis van Hope & Co., maar dit lukte hem niet, omdat hij ten antwoord kreeg: iemand van zijn qualiteit kunnen we niet gebruiken! ’t Is een fijne historie die steeds verder ruchtbaar wordt. Te ’s-Gravenhage en Amsterdam is ’t algemeen bekend en de kranten zinspelen er zeer duidelijk op.

            Gezegd wordt, dat Treub zelf weg wil en nu naar een politieke reden zoekt om ontslag te kunnen nemen. Links wilde hem echter niet laten gaan, omdat dan het heele mooie plan tegen de Eerste Kamer zou mislukken. Hij schijnt ze nu te willen dwingen. Wat zal er nu morgen gebeuren? ’t Lag voor de hand, dat links zou voorstellen om de ouderdomsrente tòch aan de orde te stellen. Maar dan zou rechts natuurlijk tegen stemmen. Daarvoor is besloten om een motie voor te stellen waarin afgekeurd wordt de wijze waarop Treub tegenover de Kamer optreedt. Men hoopt dat althans een deel van rechts dan ook voor die motie zal stemmen.

            Velen zijn daartegen. Zij willen aan links ’t odium laten dat ze hun eigen knapsten minister wegzenden. Anderen, waaronder ik behoor, zijn van meening dat we ronduit moeten zeggen dat wij vóór de motie stemmen, alleen omdat ’t een motie van wantrouwen is en wij van meening zijn dat  de positie van dezen minister om redenen die niet genoemd behoeven te worden, omdat ze iedereen bekend zijn, onhoudbaar is geworden. De groote meerderheid scheen hiertegen. Ik ben wel benieuwd, hoe de zaak morgen zal loopen. Maar in dezen treurigen, voor ons vaderland nog steeds zoo gevaarvollen tijd, is het wel een sinistere historie.

uit: Dagboek VI (5 november 1915 – 12 november 1918)