Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 1

29/07/1892

29 juli 1892

Gisteren ben ik weer eens naar Katwijk geweest met Nuyens. Hij was overgekomen, heeft bij mij geluncht, gedineerd en vanmorgen weer getwaalfuurd. ’k Heb natuurlijk weer geruimen tijd bij pater Ermann zitten praten. ’k Kon hem gelukwenschen met de geboorte van een papieren kind: gisteren namelijk is zijn vertaling verschenen van een boekje van pater L. von Hammerstein: Is er een God? ’k Kreeg een presentexemplaar van hem en ’k gaf er hem de belofte voor terug een aankondiging van het werkje te schrijven en zoo mogelijk haar in Den Tijd als feuilleton te doen opnemen. Van Eygenraam heb ik altijd nog geen antwoord ontvangen: Ermann dacht, dat hij ’t sonnet waarschijnlijk eerst aan mgr. Bottemanne gezonden had. Nu, ’k denk er zoo hoog niet over: hij zal doodgewoon een paar dagen zijn antwoord uitgesteld hebben!

            ’k Heb me deze week – de kermisweek! – uitstekend geamuseerd met Couperus’ roman: Eline Vere. [p. 212]

uit: Dagboek I (15 september 1891 tot 16 augustus 1892)