Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 9

30/06/1923

zaterdag 30 juni 1923

Zooals verwacht was, tegen ’t Hanzewetje kwam ’n felle antipapistische oppositie los. Dinsdag stond ’t zóó, dat De Geer vrij zeker dacht, dat ’t verworpen zou worden. Hij heeft ’t echter kranig verdedigd en met ’t glanzende resultaat: aangenomen met maar drie stemmen tegen!

            Vrijdag in den ministerraad kwam nu mijn voorstel om de Lloyd te steunen, met een voorschot gedurende drie jaren van drie millioen per jaar hoogstens. Ik heb ’t er niet door kunnen krijgen. Met zeven tegen drie stemmen werd ’t verworpen. Alleen Van Karnebeek en De Visser stemden met me mee. De Geer was er fel tegen. De steun aan de Hanzebanken – een garantie – zou bij goed beleid practisch niets kosten. Maar deze voorschotten waren feitelijk subsidies; ’t was dus ’n uitgave van negen millioen en die hebben we niet.  Van Aalst is woest en laat ’t er niet bij zitten. Hij heeft ’n audiëntie bij Ruijs en De Geer aangevraagd. Nu, ik ben overtuigd dat ik ’t binnen ’n paar weken toch win! Maar in de Kamer zal de oppositie ook fel zijn, al zit er minder politiek onder.

            Morgen ga ik naar Enschede om maandag en dinsdag de vergadering van de Maatschappij van Geneeskunst bij te wonen. Ik breng ’n ridderorde mee voor dr. Van Dam. Dat wil zeggen ik heb deze er pas vrijdag in den ministerraad doorgekregen, vandaag zijn de stukken naar de koningin, die in Noord-Engeland is, gezonden; ik hoop nu dat ze maandag teekent, ik krijg dan dinsdag een telegram in Enschede. Aan ’t diner kan ik dan met de verrassing komen.

uit: Dagboek IX (7 april 1923-2 november 1932)