Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
9. Agenda vergadering Benelux-ministerscomité
(Brief van Zijlstra 22-11-1958, nr. 141, met bijlagen)

In het ministerscomité zal de nadruk gelegd worden op de vraag of de Belgische ministers meer aandacht willen besteden aan Benelux en de afspraken die zijn gemaakt ten aanzien van de landbouw in 1955 na te komen. De bedoeling was dat de Beneluxhandel in landbouwproducten binnen zeven jaar geliberaliseerd zou worden. De Nederlandse stelling is dat Nederland principieel het nondiscriminatiebeginsel in de EEG verwerpt. België wil dat de Nederlandse invoer van landbouwproducten aan dezelfde beperkingen zijn onderworpen als die uit de andere EEG-landen, maar dat moet Nederland verwerpen. Het grote verschil ten aanzien van EEG en EEA is dat Benelux al voor 90% een gemeenschappelijke markt is. Tot slot wordt door Hofstra gesteld dat de Belgische regering bezig is ruime vrijstelling van belastingen te geven aan leden van de EC, de HA, het Hof etc., iets wat door Nederland als ongewenst wordt beschouwd.