Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
L00311
19-11-1964
Samenvatting
Nota inzake harmonisatie van de omzetbelastingen in de lidstaten van de EEG

Tegen de door de EC voorgestelde richtlijn voor harmonisatie van de omzetbelastingen, bestaat van de kant van Financiƫn ernstige bezwaren. Het commissievoorstel is voortijdig en onrijp:
- De EC gaat voorbij aan de invloed die de nationale belastingstelsels uitoefenen op het fiscaal-, sociaal- en conjunctuurbeleid van de EEG;
- Het concurrentieaspect is sterk overtrokken;
- De EC stelt voor de lidstaten de vrijheid te houden wel of niet de kleinhandel buiten het gemeenschappelijke stelsel te houden, zodat van concurrentie-neutraliteit geen sprake meer kan zijn;
- Het voorstel is voor Nederland verre van aantrekkelijk: Nederland kent verschillende sociale vrijstellingen die dan zullen verdwijnen;
- De EC heeft de kwestie te eenzijdig benaderd, zodat op essentiƫle punten onzekerheid bestaat omtrent de inhoud van het voorgestelde;
- De vergaande harmonisatie betekent het afstaan van een belangrijk stuk van de soevereiniteit;
- Verandering van stelsel of opheffing van de belastinggrenzen zullen wijzing brengen in de concurrenteipositie van het Nederlandse bedrijfsleven.
De ontwerprichtlijn moet derhalve worden aangehouden.