Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00491
23-10-1953
Actoren
Memorandum
Samenvatting
F741.
Fock meent dat het niet nodig is nu op alle in de nota-Beyen genoemde punten een beslissing te nemen. Duidelijk is wel dat niet alle stringent geformuleerde standpunten uit de instructie aan de delegatie te Rome kunnen worden gehandhaafd. Nederland moet bereid zijn zijn standpunten aan te passen aan de gedachten die in Rome leefden. Daarbij moet wel het woord 'concessies' worden vermeden.
De ministerraad moet goedkeuring hechten aan de richting waarin de voorstellen van de BuZa-nota gaan.
Dit betekent: akkoord gaan met het Twee-Kamerstelsel, onder voorwaarden instemmen met directe verkiezingen, niet akkoord gaan met een personele unie tussen het Commissariaat van de EDG en de Executieve Raad van de EG. Voorts akkoord gan met de gedachten inzake de douaneunie.