Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
Coördinatiecommissie, 25 april 1962.
De vergadering stond in het teken van de ministeriële bijeenkomst tussen Engeland en de EEG op 8 en 9 mei a.s. Van Ittersum meent dat het nog geheel onzeker is of vóór half juli de hoofdlijnen voor een akkoord gereed zullen zijn. Hij heeft de indruk dat de zes, en misschien ook de Engelsen, niet weten in welke richting zij koersen. De sfeer is niet gunstig door recente gebeurtenissen, zoals het mislukken van de besprekingen over een politieke unie. In Engelse kring huivert men voor de consequenties van toetreding voor de positie van Engeland als wereldmacht. Van Ittersum verwacht dat de ministersbijeenkomst niet veel zal opleveren.
De CoCo meent dat het stadium van fact-finding verlaten moet worden en dat de Plaatsvervangers de komende weken moeten trachten de weg te openen voor werkelijke onderhandelingen. Voor een volgende ministersconferentie moet meer tijd worden uitgetrokken voor coördinatie van de zes.