S01670
18-11-1955
Actoren
Notitie
Samenvatting
Erhard had op 18 november in Den Haag een onderhoud met Beyen. Deze verklaarde dat Frankrijk wellicht serieus aan een gemeenschappelijke markt zou willen meewerken of niet binnen een redelijke termijn. Beyen verkraarde tevens dat hij Erhards bedenkingen tegen institutionele c.q. supranationale instanties kende, maar gaf in overweging om op taktische gronden in Brussel een andere opstelling in te nemen. Een orgaan naar analogie van de Hoge Autoriteit komt er niet.
Erhard verklaarde echter dat hij niet zozeer tegen de institutionele inrichting bezwaren had, maar dat hij veeleer een functionele aanpak bij de realisering van een gemeenschappelijke markt voorstaat. Hij ziet vooral een uitvoerende taak voor de op te richten instituties. Erhard schrijft dat hij begrip voor zijn opvattingen kreeg van Beyen en Zijlstra.
Erhard verklaarde echter dat hij niet zozeer tegen de institutionele inrichting bezwaren had, maar dat hij veeleer een functionele aanpak bij de realisering van een gemeenschappelijke markt voorstaat. Hij ziet vooral een uitvoerende taak voor de op te richten instituties. Erhard schrijft dat hij begrip voor zijn opvattingen kreeg van Beyen en Zijlstra.