Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S02251
28-11-1969
Actoren
Memorandum
Samenvatting
1218. Topconferentie.
Van de onderwerpen die Hartogh met Spierenburg besprak zijn er twee van bijzonder belang.
1. In ht PV-gesprek had de Franse ambassadeur Boegner gesteld, dat de zes het ook volledig eens moesten zijn over de verhouding tot andere Europese landen, met name de neutrale. Deze prealabele voorwaarde zou het begin van de onderhandelingen ernstig bemoeilijken. Overeenstemming bereiken over een neutraliteitsclausule is een zinloze exercitie die alleen maar tot doel kan hebben verwarring en uitstel te bevorderen. Nederland moet waakzaam zijn dat deze Franse these niet wordt aanvaard.
2. Rey verwachtte dat de Fransen zeker niet kunnen worden overgehaald een datum voor het begin van de onderhandelingen met het VK te noemen. Rey suggereerde als oplossing dat in de Raadsvergadering waarin overeenstemming zal worden bereikt over de landbouwfinanciering ook overeenstemming wordt bereikt over de datum waarop de onderhandelingen zullen aanvangen. Hartogh meent dat dit wel een formule is die uitkomst zou kunnen bieden. Blijkens margeaantekening is Luns het nier niet mee eens.

Bijgevoegd kopie van memo met commentaar De Koster op punt 1.