Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
IRHP 76-7. EEG-Comecon.
Op 16 februari overhandigde de voorzitter van het Uitvoerend comité van Comecon, dhr. Weiss aan de voorzitter van de Europese Ministerraad Thorn een brief. Hierin werd voorgesteld een overeenkomst te sluiten tussen Comecon en zijn lidstaten en de EG en zijn lidstaten. De brief ging vergezeld met een ontwerp-akkoord.
Comecon denkt aan een samenwerkingsakkoord met de EEG op een aantal specifieke terreinen. De handelspolitiek zou echter bilateraal door de lidstaten moeten worden geregeld. Dit is onbevredigend. Enerzijds wordt een kaderovereenkomst tussen beide organisaties voorgesteld, terwijl de handelspolitieke erkenning van de EEG uitblijft.
Het is een Nederlands belang dat de handelspolitieke impasse wordt opgeheven en dat er EEG-akkoorden met inviduele Comecon-landen kunnen worden gesloten, zolang Comecon niet soortgelijke bevoegdheden heeft. De EEG heeft reeds een eigen ontwerp aan de communistische landen aangeboden. De EEG zou de bal moeten terugspelen door in het antwoord te wijzen op het feit dat de handelspolitiek tot de Gemeenschapscompetentie behoort en bereid is dit te regelen op basis van het EEG-ontwerp.