Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3 c. Conclusies van de coördinatiecommissie dd. 24 februari 1986.
De raad bespreekt de overlegstructuur regering en Tweede Kamer inzake Europees beleid. Ruding en Van Aardenne vrezen extra werkbelasting voor de departementen wanneer men geannoteerde agenda's aan de Kamer toe moet zenden. Winsemius heeft grote bezwaren voor het instellen van een aparte commissie voor Europese Zaken omdat een dergelijke commissie niet voor een zinvolle afstemming tussen het Europese en Nederlandse parlement zal kunnen zorgdragen. Lubbers wil de mogelijkheid aangrijpen een voorstel te doen tot meer overleg tussen Euro-parlementariërs en de Tweede Kamer. Van Eekelen wordt door de raad gemachtigd de brief aan de Tweede Kamer overeenkomstig het in de raad besprokene aan te passen. Er zal onder andere een passage worden opgenomen over de wenselijkheid Europarlementariërs ook te betrekken bij het monderlinge overleg tussen regering en Tweede Kamer.