Graaf Willem III maakt Gerard van den Woude, zoon van heer Gerard van Assendelft, en diens echtgenote Aleid, dochter van Gizekijn neef van vrouw Douwe van Amsterdam, vrij en schenkt hun het recht dat vrije lieden in Kennemerland hebben, alsmede het recht om van dienstlieden te erven zonder in onvrijheid te vervallen.
Gerijt van Woude heren Gerijts z.
Een streep door het begin van de tekst.
Wi Willema graveb c van Heynnegouwend, van Hollande f ende here van Vrieslandg maken cont allen luden die desen h brief sullen sien of horen lesen dat wi ghegheven hebben ende gheven Gherijd van den Woude, heren Gherijds zonei van Assemdelfj, ende Alijtk sinen wive, Ghisekijns dochter verDouwen neve van Aemstelredamme, vry ende al dat recht dat vrye lude hebben in Kenemarlantl; vort soe sel Gherijd ende Alijtm sijn wijf voirscreven ende hore kindere alle erfnesse nemen dat hem op comen mach van dienst luden dat op hem luden besterven mach voirscreven, vrylic te nemen ende dair niet ane te verdieden, en ware dat si hem anders an huwelic verdieden.
Ghegheven in Middelburchn des donresdaghes na sinte Lucas daghe ewangeliste int jair ons Heren M° CCC° vier ende dortich.