Graaf Willem III ontvangt heer Gozewijn van Neidhausen, ridder, als leenman, waarvoor hij hem binnen een jaar en een dag 200 pond Tournois zal betalen; als tegenprestatie zal deze al diens eigen goed bij Urmond aan de graaf opdragen om dat vervolgens van hem in leen terug te ontvangen.
Her Goeswijn van Nithusena.
Boven de tekst een verwijsteken in de vorm van een kruis met punten en een verlengde linkerkant, mogelijk ter aanduideling waar de twee teksten op het inliggende blad f. 8 (hier de nrs. DE 32 en 33) ingeschoven behoren te worden; degene die de contemporaine nummering aanbracht, voegde ze evenwel twee teksten eerder in, vóór het huidige nr. DE 34. – In de marge de geradeerde dienstaantekening Per prescriptosb, geschreven onder een doorgekruiste en geradeerde, deels onleesbare aantekening: Per(?) dominos(?) [......] de [....] et Willaemc camerlinc.
Nos Willelmusd comes Haynnoniee etc. notum facimus universis quod ad conquerenda f nobis obsequia dominum Goswinum de Nithusen, militem, nobis in fidelem hylariterg duximus conquerendis, dantes eidem pro feodo IIC libras Turonensiumh, grosso Turonensii pro XVI denariis vel pagamenta equalens computato, quam pecunie summam ipsi Goswino infra annum et die a data presentium immediate subsequentem solvere promittimusj sine dolo, et pro quibus ducentis libris idem dominus Goswinus omnia bona sua allodialia apud Emoende sita cum universis eorum attinenciis in manus nostras supraportabitk et ei in feodum concedimusl more solito, que ipse et sui heredes a nobis et nostris heredibus in feodum tenebunt et possidebunt.
Presentium etc. Datum m feria quarta post Luce apud Montem Haynnonian anno XXVIo.