Graaf Willem III bekleedt Eppo en Tako van Walten met het schoutambacht van Bolsward.
Eppo ende Tako van Waltena.
Een streep door het begin van de tekst.
Zie ook de voorafgaande en volgende oorkonde in het register, nrs. FR 116 en 118. Het is waarschijnlijk dat in de datumregel van deze oorkonde twee evangelisten zijn verwisseld, en dat hier niet Lucas maar Marcus was bedoeld; in het laatste geval moet de datum herleid worden tot 1331 april 24. Volgens de opgegeven datering met Lucas zou de oorkonde op 16 oktober 1331 zijn uitgevaardigd, maar dan is moeilijk te verklaren hoe dit latere stuk temidden van oorkonden uit het voorjaar van 1331 kan zijn opgetekend in de primaire registratie AGH 325. Bovendien is zowel uit het itinerarium van Willem III als uit de volgende oorkonde in het register bekend dat de graaf op 23-24 april van genoemd jaar in Geertruidenberg was; zijn verblijfplaatsen in oktober zijn niet bekend.
Wi Willaemb grave etc. maken cond etc. dat wi bevolen hebben Eppo ende Tako van Walten van den nuwen lande van Kercwervec onse scoutambocht van Bodelswairdd, dat hoir ouders ghehad hebben ende noch ghebruken, te bedriven ende te verwaren toit onser eren ende toit onser lude oerbair, durende toit onser weder segghen.
In orkonde etc. Ghegheven toit Sente Ghetrudene berghe des woensdaghes voer sente Lucas dach int jaer ons heren Mo CCCo een ende dortich.