Graaf (Willem III) vergunt Clementia, echtgenote van Maarten Trompenaar te Den Haag, dat zij bij kinderloos overlijden van haar man de door haar in het huwelijk ingebrachte goederen mag behouden en de rest zal delen (met de andere erfgenamen).
In de rechtermarge: Clemeynsen Martini Trompenaersa wijf. – Een streep door het begin van de tekst.
In de rechtermarge: Cleymensen Martijnsb Trompennaersc wijf.
Deze ongedateerde notitie, aan het begin van een nieuw gedeelte van het register, stamt waarschijnlijk uit dezelfde periode als de serie gedateerde stukken die volgt, nrs. NH 40-53 en 55-59, die op 11 en 13 september 1319 zijn uitgevaardigd; de rechtshandeling zal wel in dezelfde periode hebben plaatsgevonden.
De onderstaande tekst is gebaseerd op afschrift B.
Item hevet mijn here bi siere lettere ghegheven Cleymensen Martijnsd Tronpenaerse wijf in die Haghe, waer dat Martijnf storve sonder kint, dat si voer uyt nemen soude alt goed dat si an hem brochte ende tander deelen half ende half.
¶g Per dominum.