Graaf Willem III verleent op verzoek van vrouw Catharina, vrouwe van Voorne, en heer Dirk, burggraaf van Leiden, ridder, aan vrouw Justine, burggravin van Leiden, de lijftocht die in de doorgestoken oorkonde vermeld is.
In de marge, door andere hand: Concordatus. – Aan het eind van de tekst in de marge een horizontale streep.
Idem.a
In de marge, door andere hand: Doed. – In de benedenmarge, door een derde hand: Concordatus.
De in deze tekst genoemde brief die met deze doorstoken is, betreft het in het register voorafgaande nr. NH. 264.
Wi Willemb grave etc. maken cont allen luden dat wi om bede eere edelre vrouwen onser liever nichten veren Katerinenc, vrouwen van Voerned, ende heren Diederixe burchgrave van Leyden, ons ridders, verlien veren Justinen burchgravinnen van Leyden alsulke lijftochte alse dese brief hout die met desen brieve doer steken es.
In orconde etc. Gheghevenf in die Haghe de sonnendaghes na sente Lucas dach int jaer XXVo.
Per Wilhelmumg camerariumh.