Graaf Willem III verkoopt alle goederen die wijlen Floris Mol, zijn tolgaarder van Dordrecht, hem had opgedragen in vrij eigendom aan IJsbrand Danekijnsz., Nicolaas Danekijnsz. en Pieter Boudekijnsz.
Aan het eind van de tekst in de marge een horizontale streep.
IJsbrant Daenkijns z., Claes Dainkijns ende Pieter Boudekijns zoon etc.
Een streep door het begin van de tekst. – Deze tekst heeft in het register per abuis hetzelfde volgnummer gekregen als het voorafgaande nr. NH 415.
Vgl. nrs. NH 312 en 435.
Wi Willaema grave etc. maken cond etc. dat wi alsulc goit alse ons Florijs Mol, b onse tolnair van Dordrechtc was, in sinen d lesten live bewijsde ende besprace, roerende ende onroerende, husinghen ende land zo wair dat gheleghen es, vercoft hebben vore eyghen Isebrandef Danekijns sone, Clays Danekijnsg soneh ende Pieter Boudekijns f.i, ende gheven hem dair of ene vrie gifte met desen brieve ende belovenj hem dat te ghewaren als men een recht eyghen sculdich es te waerne, hem ende allen den ghenen ende elken besonder diet jeghens hem ghecocht hebben of diet hier namaels copen sullen.
In orkonde etc. Ghegheven in denk Haghe des woensdaghes na sinte Lambrechtsl daghe int jaer ons Heren M CCCo XXIXm.
Per Enghelbertumn.