Graaf Willem III geeft Willem van Engeland vrijgeleide en beveelt al zijn baljuws en rechters van zijn land dat zij de gelden innen die men Willem aantoonbaar nog schuldig is.
De inkt waarmee deze tekst is geschreven is zeer verbleekt, maar zij is nog wel geheel leesbaar, enkele letters evenwel alleen onder UV-licht.
Willam van Engelant.
De tekst is doorgehaald met drie diagonale strepen.
De destinataris is wel Willem van Brawode, geheten van Engeland, de voormalige grafelijke klerk: zie nrs. NH 316-319, 557, 558 en 586.
Wi Willaema grave etc. maken cont etc. dat wi nemen Willemb van Inghelandc in onse gheleyde ende in onse bescermted, zonder arghlist, ende ombieden allen onsen bailluwen ende rechteren van onsen lande dat zi Willeme van Inghelandf in panden zulke scout als men hem kenliken scoudich es ende ter waerheyde gheproeveng can dat onvergouden es. Dat zal gheduiren tot onsen wedersegghen.
Ghegheven in die Haghe des woensdaghes voir sinte Marienh Magdaleneni dach int jair ons Heren M CCC ende dortich.