Graaf Willem III geeft heer Zweder van Voorne, kanunnik van de Dom te Utrecht, voor de duur van een jaar vrijgeleide voor zijn land, met de bepaling dat deze eventuele vetes eerst verzoent.
Onder de tekst in de marge, door andere hand: Concordatus.
Heere Zwedera van Voerne geleyde.
Onder de tekst in de marge, door andere hand: Concordatus. – De tekst is gecancelleerd d.m.v. een kruis.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Wi Willemb grave van Heynnegouwenc etc. maken cond etc. dat wi heren Zuederd van Voerne, canonic van den Doeme toit Utrechte, ghegheven hebben in onsen lande hoveschelike te wanderen, te comen, te keren ende te bliven vast ende zekere gheleyde voir ons ende voir onsen luden; mar hevet hi enighef sonderlinghe vete, dat hi dat met vreden doe verwaren. Ende ombieden allen onsen bailiuwen ende anders onsen luden dat zi heren Zuederg voirs. over al in onsen lande bescermen; dit zal gheduren een jaer na desen daghe, het enh waer dat wijt hem hier binnen wederseyden.
In oirkonde etc. Ghegheven in die Haghe des dinxendaghes na Palmedach int jaer XXV°.
Per dominum Zudensemi.