Registers van de Hollandse grafelijkheid 1299-1345

 
English | Nederlands
A UT_K_X026r_112_1 B UT_G_X021r_112_1

A: AGH 402 (klein register Utrecht), f. 26r, nr. 110 (1327 okt. 10-1328 mei 16).
Opschrift:

Overdracht gedaen bydena heere van Cuyck den grave van Hollantb vanden land ende goede van Cuyck.

In de bovenmarge, door andere hand: Int bisdom van Utrechtc. – Daarboven, door nog een andere hand: Precedit In vigilia beati Iacobi apostoli.d Dominus Iacobuse de Hant.

B: AGH 401 (groot register Utrecht), f. 20v, nr. 110 (wrs. 1336 mrt. 14-ca.1340 mrt., naar A).
Opschrift:

Resignacio vasallorum domini de Kuyck.

Editie/regest: Van Mieris, ChHZ II, p. 379, d.d. 1326 januari 28.

De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.

Vgl. de kopnoot bij nr. UT 104.

Wi Otthe here van Cuycf, ridder, maken cond ende kenlike allen luden dat wi voir ons ende voir onse nacomelinghe alle die manscippe ende lien, est in heerscappieng of in anderen goede, dat wi hadden ende men van ons helt of houden soude in den Ghestichte van Utrechth ende in den heerscappien van Aemstel ende van Woerden, huytghenomen dat leen dat Hubrecht die Schenc van ons houdendei es als te dienen van den nappe voir onsen here den biscop van Utrechtj, vercoft hebben ende vrielike opgedraghen onsen lieven here heren Willaemk grave van Heynegouwenl etc. ende sinen nacomelinghen ewelike te bliven ende te besitten vrielike ende alse vri goet van hem te houden; ende ombieden allen onsen mannen die leen of goet van ons houdende zien binnen den palen voir ghenoemd, zo warof of in wat manieren dat roerd, dat si onsen here den grave voirs. manscip dair of doen in alle der manieren dat ziet ons sculdich waren te doene; ende bidden allen onsen heren dair wi dit goed ofte leen of houden, dat si dat goed, leen ende manscip voirscreven onsenm here den grave voirnoemd verlien willen.

Ende om dat wi dit vrielike ende bi onsen moetwillen ghedaen hebben op dat ewelike vaste ende ghestade blive, zo hebben wi desen brief open bezegheldo med onsen zeghele. Ghegheven tote Broussele des dinxendaghes na sente Pouwelsp dach int jaer ons Heren M° CCC° zes ende twintich.

 

q Ista littera est sub Enghelbertor.

a
by boven de regel toegevoegd A.
b
Holl't A.
c
Utr. A.
d
een verwijzing naar het slot van de voorafgaande tekst nr. UT 111 A.
e
Ia. A.
f
Kuyc B.
g
heersappien A; heercappien B.
h
Utr. AB.
i
het eind van het woord gecorrigeerd B.
j
Utr. AB.
k
Will. AB.
l
Heym. A; Heyn. B.
m
vóór de o een geradeerde h B.
n
moet bovende regel toegevoegd A.
o
d tussengeschreven, en d.m.v. een verticale streep gescheiden van het volgende woord B.
p
Pauwels B.
q
het volgende door andere hand A; hier ter afscheiding een dubbel kruis B.
r
Enghelb'to A.
Oorkonder: Otto heer van Cuijk, ridder
Destinataris: graaf Willem III