Jan van Henegouwen, heer van Beaumont, handelend als plaatsvervanger van graaf (Willem IV), bepaalt dat binnen de vrijheid van Westkapelle niemand verboden wapens mag dragen, welke nader worden gespecificeerd, op straffe van een boete van 11 pond Tournois.
Westcappel geen verboeden wapen te dragen.
Een streep door het begin van de tekst.
Vgl. nr. WI 116, een vrijwel identieke heruitvaardiging op naam van graaf Willem IV.
Wi Jan van Heynnegouwena ende here van Byemond, stede houdende ons liefs heren ende neve sgraven van Hyennegouwenb ende van Hollandc, maken cond etc. dat wi verboden hebben ende verbieden van ons liefs heren weghen voers., bi ene boete van X lb. Tornoysed tot ons neven behof voers. ende I lb. Tornoysee tot der scepen behoef, dat niemandf en draghe binnen der vrihede van Weste cappel verboeden wapen alse knive, zwaerde, faitsone, cordijns codden, misericoerden, Lombaerske messe ende anders scarpoirde messe V dume lang; ende soe wie die draghetg ende also dic als hiere mede begrepen wort, die souden ghelden tot elker tijt XI lb. Tornoyseh als voers. is. Ende onbieden i bailiu ende den scepen van Westcappelen dat si dit also in setten ende also naernsteliken ende also besceydeliken verwaren dats onse lieve here voers.j, wi ende die poerte van Westcappelen eer ende oirbair hebben; ende ghebieden allen den goeden luden van Westcappelen ghemienlike dat si den bailiu ende den k scepen van Westcappellen hier in starken ende helpen soe wilc tijt dat sijs vermaend worden, gheliken ons selven. Dit sal gheduren tot ons heren weder segghen of ten onsen.
In orconde desen brieve etc. Ghegheven in Middelborch sdonresdaghes na sinte Lambrechts dach int jaer XLIII.